Anderlecht verloor voorlopig nog niet, zo’n ongeslagen startreeks was toch al even geleden

Genk prijkt voorlopig nog een puntje boven Anderlecht, maar de Limburgers gingen op speeldag 2 wel al eens onderuit. Aan den Dreef werd het 3-1. Zo’n opdoffer heeft Anderlecht nog niet moeten verduren. Na zes wedstrijden staat de teller op 12 op 18, netjes verdeeld tussen gelijke spelen en overwinningen. Paars-wit kon Sint-Truiden (1-0), Antwerp (1-2) en KV Mechelen (1-3) de baas, terwijl de bordjes in evenwicht bleven hangen tegen OH Leuven (1-1), Union (0-0) en KVC Westerlo (2-2). De druk op Brian Riemer mag dan wel opgevoerd zijn, verliezen staat tot op heden nog niet in zijn woordenboek, althans tijdens dit lopende seizoen. 

Het is overdreven om te stellen dat Anderlecht als een pijl uit een boog aan de campagne is begonnen, maar die ongeslagen status zal toch deugd doen. De afgelopen jaren werd die namelijk steeds snel doorprikt. Sinds 2021 liep het al twee keer mis op de openingsspeeldag. Niet toevallig speelde stadsrivaal Union Saint-Gilloise telkens voor boeman. Ook bij aanvang van het seizoen 2022-2023 stond Anderlecht al vlug met de voetjes op de grond. In haar tweede wedstrijd ging de recordkampioen onderuit in Brugge, weliswaar tegen Cercle (1-0). 

2021: speeldag 1 tegen Union (1-3)
2022: speeldag 2 bij Cercle (1-0)
2023: speeldag 1 bij Union (2-0)

Van een zomerse tegenvaller is het ditmaal gespaard gebleven. Voor een gelijkaardige start moeten we terug naar de jaargang 2020-2021. Destijds opende Anderlecht met zeven opeenvolgende duels zonder nederlaag, al weerklonk de loftrompet ook toen niet al te luid. Tegen bescheiden tegenstanders als Royal Excel Moeskroen, KV Oostende en KAS Eupen bleven de troepen van Frank Vercauteren (of was het nu Vincent Kompany?) steken op een draw. Op speeldag 8 kregen ze dan toch de rekening gepresenteerd. De beul van dienst kon niet pijnlijker: eeuwige rivaal Club Brugge hakte een 3-0 op het scorebord. Vervult Genk straks dezelfde rol of is dit huidige Anderlecht toch een stuk weerbaarder?

Overigens betekent dat niet dat de hoofdstedelingen sinds 2020 geen straffe reeks meer hebben neergezet. Bij uitbreiding van de aanvangsfase van de competitie slaagden ze daar wel in. Zelfs nog niet zo lang geleden … In het afgelopen seizoen, waarin uiteindelijk een derde stek uit de bus viel, bleef het Brusselse blazoen liefst achttien duels op rij onaangetast, goed voor een 42 op 54! Die knappe periode vatte aan op 28 oktober, toen OH Leuven met 5-1 voor de bijl ging. Nadien volgde een combinatie van zeges en gelijke spelen, om met de lente in aantocht nóg een versnelling hoger te schakelen. 

Tegen KAA Gent, Sporting Charleroi, STVV, Club Brugge, KAS Eupen en RWDM zette Anderlecht een vlekkeloos rapport neer. De tegenstand leek gewaarschuwd, maar midden maart, net voor de Play-Offs, sneden Riemer en co in hun eigen vel met een verrassende 0-1-nederlaag tegen KV Kortrijk. Het zou een teken aan de wand zijn. Hoewel Anderlecht tot op de slotspeeldag (mathematisch) meestreed voor de oppergaai, heerste de consensus dat de ploeg nog niet rijp genoeg was voor een 35e landstitel uit de geschiedenis. Bij winst tegen Genk én de verderzetting van haar ongeslagen status komt die felbegeerde wederopstanding weer een stapje dichterbij.