Openhartige Henry doet boekje open over depressie: 'Ik huilde bijna elke dag'
Thierry Henry kampte gedurende zijn actieve carrière als voetballer met depressies. De 46-jarige oud-topspits kwam daar tijdens de coronapandemie achter.
Henry, die het WK met Frankrijk won, twee keer beslag legde op de Premier League met Arsenal en meerdere prijzen met FC Barcelona pakte, was naar eigen zeggen als speler nooit gelukkig. Daar kwam hij aan het begin van de coronapandemie, toen zijn wereld stilstond, voor het eerst achter. "Ik huilde bijna elke dag", zegt hij in de podcast The Diary of a CEO.
De 123-voudig international van Frankrijk werd op dat moment geconfronteerd met zijn jeugd, waarin hij te maken had met een uiterst kritische vader. "Gedurende mijn loopbaan, en eigenlijk vanaf mijn geboorte, moet ik in een depressie hebben gezeten", zegt hij. "Wist ik ervan af? Nee. Deed ik er iets aan? Nee. Ik gedroeg me ernaar." Toen Covid-19 uitbrak, was Henry trainer van het Canadese Montreal Impact. "Ik kon mijn kinderen een jaar lang niet zien", vertelt Henry, die toen begon in te zien dat hij ergens aan leed. "De tranen bleven maar stromen. Ik wist niet waarom, maar ik denk dat die tranen daar al heel lang zaten."
"Die tranen kwamen niet van mij, ze kwamen van de jongere ik", gaat Henry verder. "Ik huilde om alles wat ik nooit kreeg: goedkeuring." Zijn vader weerhield hem ervan 'mens' te zijn, waardoor Henry zich altijd enkel 'voetballer' voelde. In 2021, toen hij zijn kinderen voor het eerst sinds lange tijd zag, veranderde er iets. "Iedereen huilde. Van de oppas, tot de kinderen en mijn vriendin. Voor het eerst merkte ik: ze zien mij als een persoon, niet als de voetballer."