De erfenis van Mannaert: modernisering van Club Brugge

De erfenis van Mannaert: modernisering van Club leidde tot zilverwerk en vette kas

29 november 2023 om 13:00

Club Brugge neemt komende zomer afscheid van een tijdperk. CEO Vincent Mannaert heeft de beslissing genomen om de fakkel door te geven. Ruim twaalf jaar lang zat hij mee aan de ontwerptafel van het opgefriste Club Brugge, dat onder zijn leiding uitgroeide tot referentie in het Belgische voetbal. VoetbalPrimeur.be doet een poging om zijn blauw-zwarte verdiensten te bundelen.

Trofeeën pakken, daar draait het uiteindelijk om bij een topclub. Wie dat als maatstaf aanneemt, kan enkel zijn of haar hoge hoed afnemen voor Mannaert. Sinds de geboren Opwijkenaar in januari 2011 in het Jan Breydelstadion neerstreek, is de prijzenkast aan uitbreiding toegekomen. Erg veel ervaring op het hoogste niveau bezat hij nochtans niet. Als jong talent ruilde hij het gepromoveerde Eendracht Aalst als snel in voor een amateurcarrière in de toenmalige Derde en Vierde Klasse. Nog voor zijn beste jaren waren aangebroken, had Mannaert er al de brui aan gegeven. Vanaf nu kregen zijn studies voorrang. Het zou achteraf een wijze beslissing blijken.

In eerste instantie timmerde Mannaert aan de weg als makelaar, waardoor hij onder meer Gilles De Bilde, Jan Ceulemans en Trond Sollied deel van zijn netwerk mocht noemen. Een interessant profiel om aan boord te houden, dacht menig club aan het begin van deze eeuwwisseling. KRC Genk en RSC Anderlecht maakten jacht op hem, maar Willy Naessens lokte Mannaert naar de Gaverbeek. Zijn uitstekende arbeid daar vormde de opstap naar een andere Belgische topclub. Bij de paleisrevolutie in 2011 pikte Bart Verhaeghe hem eruit als partner in crime. Met ook nog Henk Mariman en Sven Vermant aan hun zijde moesten zij Club naar betere tijden stuwen.

De tandem Mannaert-Verhaeghe groeide in geen tijd uit tot één van de machtigste blokken uit het Belgische voetballandschap. Allebei pakten ze in de loop van de jaren diverse postjes bij zowel de Pro League als de KBVB. Dat Mannaert een hoeksteen van het vernieuwde Club Brugge zou vormen, werd al snel duidelijk. Een tweetal jaar geleden raakte bijvoorbeeld bekend dat zo’n 17,5 procent van de aandelen in zijn bezit zijn. Het doet vermoeden dat Mannaert ook bij het overnameproces nog een hartig woordje zal meespreken, zelfs als die na zijn vertrek pas tot stand komt.

Welkom in het moderne voetbal
Goed, dat zijn slechts boekhoudkundige cijfertjes. Het modale publiek zal Mannaert vooral onthouden als grondlegger van Club Brugge 2.0. Er wordt wel eens gezegd dat zijn beleid de Brugse trots (eindelijk) de 21e eeuw heeft binnengeleid. Die pluim op zijn hoed lijkt oververdiend. Alleen al op het vlak van infrastructuur zette Club de laatste tien jaar enorme passen voorwaarts, al blijft het aftandse stadion uiteraard een doorn in het oog. Het hypermoderne Belfius Basecamp in Knokke-Heist toont nochtans aan dat het kan. Dat bouwproject had overigens een gunstige invloed op de doorstroming vanuit de lokale jeugd, jarenlang een heikel punt binnen Club. Niet toevallig was Mannaert één van de pleitbezorgers om de beloften te laten toetreden tot de Challenger Pro League.

Onder meer vanwege dat dossier draagt de Brugse CEO de reputatie mee van een spijkerharde onderhandelaar. In de gehaaide voetbalwereld lijkt dat nu eenmaal de enige weg naar succes. Daar gaat onvermijdelijk ook enige controverse mee gepaard. Zo deed Mannaert pogingen om Franky Dury op te vrijen terwijl die nog aan het roer stond bij KAA Gent, wat zelfs de eigen aanhang tegen de borst stuitte. Het bekendste spektakelstuk had dan weer een andere trainer in de hoofdrol: Georges Leekens. Toen Club Brugge hem wegplukte bij de Rode Duivels, bracht dat het Belgische voetbal in rep en roer. Intussen is negentig procent van die historie alweer vergeten …

Zilverwerk
Je hoeft niet noodzakelijk fan te zijn, maar vriend én vijand zullen desnoods schoorvoetend toegeven dat Mannaert zich jarenlang uitstekend van zijn taak gekweten heeft. Zijn uitgebouwd palmares spreekt boekdelen. Bij zijn aanstelling in januari 2011 was het vijfenhalf jaar geleden dat Club nog eens een titel had behaald. Eén schamele beker in 2007 verzachtte die pijn niet. In de competitie bleek in die periode een derde plek het hoogst haalbare, wat in schril contrast stond met de vreugde die Sollied naar Brugge had gebracht. Onder Mannaert zou Club die tijden geleidelijk aan doen herleven. Het belangrijkste kantelpunt volgde misschien wel in september 2013, met de aanstelling van Michel Preud’homme.

Door zijn komst veranderde de Brugse tweeloop in een drietand. Dankzij hun perfecte verstandhouding werkte Club Brugge zich op tot vaandeldrager van de Jupiler Pro League. Die dominantie werd in gang gezet met de legendarische bekerfinale tegen RSC Anderlecht in 2015. Je weet wel, die onvergetelijke winnende treffer van Lior Refaelov in blessuretijd. Een symbolische voorbode van de wissel van de macht. Terwijl de eeuwige rivaal enkele donkere jaren tegemoet ging, keerde het licht weer terug op Jan Breydel. Een jaar later werd dat kleurencontrast nog feller in de verf gezet. Exact elf jaar na datum kroonde Club zich ein-de-lijk opnieuw tot kampioen van België. Als kers op de taart bezorgden Timmy Simons en co Anderlecht een tweede opeenvolgende traumatische ervaring: 4-0.

De toon was gezet. Onder het bewind van Mannaert dikte Club Brugge haar erelijst flink aan: van dertien naar achttien landstitels, met ook nog één beker, vier Supercups, een kwartfinale in de Europa League en zes opeenvolgende deelnames aan de groepsfase van de Champions League mét een historische overwintering. Dat kan tellen. Die sportieve dominantie resulteerde ook in een financiële voorsprong, mede dankzij de melkkoe die de UEFA heet. Toen Mannaert in 2011 de Brugse kantoren binnenstapte, was de boekhouding een puinhoop. Het voorbije decennium was Blauw-Zwart één van de weinige Belgische clubs die groene cijfers mochten noteren.

Goede huisvader laat zijn kroos achter
Die vette jaren vielen niet alleen te danken aan de spaarpot uit het kampioenenbal, maar evenzeer aan lucratieve transfers. Met zo’n gewiekste onderhandelaar aan het roer haalde Club meermaals het onderste uit de kan. Sinds zijn aanstelling hebben de West-Vlamingen nu al twaalf keer een speler verkocht voor dubbele cijfers. Dat komt dus neer op een gemiddelde van één per seizoen. Uitschieters waren recorddeal Charles De Ketelaere (36,5miljoen), Wesley Moraes (25 miljoen), Odilon Kossounou (23 miljoen) en Abakar Sylla (20 miljoen). Wat die dikke sommen nog wat extra glans geeft, is dat er vaak nauwelijks een investering tegenover stond.

En toch zat er de laatste tijd ruis op de lijn tussen Verhaeghe en hem, mede door het overmatige drankgebruik van Mannaert. Daardoor verraste het nieuws van zijn aanstaande vertrek eigenlijk niet zozeer. Het neemt zijn verdiensten voor de club echter niet weg. Is het toeval dat het net deze laatste jaren, waarin Mannaert zich meer afzijdig hield, minder loopt bij Club Brugge? De tijd zal het moeten uitwijzen. Mannaert laat zijn jeugdliefde in ieder geval achter met een verstevigde reputatie, een spelerskern die overloopt van het talent, een moderne jeugdwerking en een stevige oorlogskas. Grote schoenen om te vullen!