Slovenië knokt zich terug tegen Denemarken, trefzekere JPL-wingers bleven op bank
Denemarken is het EK in Duitsland begonnen met een gelijkspel. Aan de hand van een ijzersterke Christian Eriksen werd tegen Slovenië nog wel de voorsprong genomen, maar na rust knokten de Groene Draken zich knap terug in de wedstrijd. Bij Denemarken begon Kasper Schmeichel (RSC Anderlecht) in de basis. Kasper Dolberg en Thomas Delaney kwamen het veld binnen. Anders Dreyer en Andreas Skov Olsen (Club Brugge) bleven op de bank.
Denemarken was op papier de favoriet, en maakte die status in de openingsfase meer dan waar. De Denen domineerden, en deelden al snel de nodige speldenprikjes uit. Niet lang na een poging van RB Leipzig-spits Benjamin Sesko, de absolute blikvanger van Slovenië, was het raak. De 32-jarige Eriksen ontving de bal op schitterende wijze van Jonas Wind en werkte fraai binnen.
Denemarken ging vervolgens gestaag op zoek naar een tweede treffer. Die bleef Slovenië, dat op een paar omschakelmomenten na niet in de wedstrijd wist te komen, bespaard. Het grootste probleem voor de ploeg van bondscoach Matjaž Kek was zonder enige twijfel het onschadelijk maken van Eriksen, die ook buiten zijn doelpunt om louter goede dingen deed met de bal.
In de tweede helft nam de Deense dominantie af. Andraž Šporar dacht kort na de onderbreking even een penalty mee te krijgen, maar de VAR oordeelde van niet. Nadat Manchester United-spits Rasmus Hojlund een haast niet te missen kans wél mistte, draaide Slovenië de wedstrijd om. Het was Erik Janza die de gelijkmaker maakte. De linksback schoot de bal via een Deens lichaamsdeel achter doelman Kasper Schmeichel. Even daarvoor had Sesko ook al de paal geraakt.
In de kleine twintig minuten die daarop volgde werd zowel Denemarken als Slovenië niet echt heel gevaarlijk meer. Een winnaar kwam er dus niet. Door het gelijkspel hebben beide landen nu één punt in Groep C, dat voor de rest bestaat uit Engeland en Servië. Zij staan zondagavond om 21.00 uur tegenover elkaar.