VP 11, de centrale middenvelders: rijpe De Sart, Genks duo en wederopstanding bij Club Brugge
Nu het doek over de titelstrijd van de Jupiler Pro League 2023-2024 gevallen is, is het tijd voor VoetbalPrimeur.be om haar jaarlijkse traditie hoog te houden. Wie schopte het de voorbije tien maanden tot in de begeerde 11 van VP? In deze vijfde aflevering gaan we samen op zoek naar twee geschikte centrale middenvelders.
De redactie heeft per positie zes of tien (bij de centrale verdedigers en middenvelders) kandidaten weerhouden. Uit dat lijstje kan jij, de lezer van VP.be, een keuze maken. De stemmen van onze lezers tellen voor 50 procent mee in het eindresultaat; de andere helft is toevertrouwd aan onze redactie.
Mathias Delorge (Sint-Truiden)
Eén van de vele jongeren die onder Thorsten Fink zijn opengebloeid. Als zoon van clubicoon Peter kruipt het Truiense bloed ook bij hem waar het niet gaan kan. Qua speelstijl vallen ze niet meteen te vergelijken: Mathias beschikt - met alle respect - over een fijnere baltoets en leest het spel uitstekend. Zijn plafond lijkt ook hoger te liggen. Delorge senior zal dat enkel toejuichen!
Julien De Sart (KAA Gent)
Op zijn 29e heeft de Luikenaar het beste seizoen uit zijn loopbaan achter de rug. Als afscheidscadeau heeft Hein Vanhaezebrouck ‘zijn’ Buffalo’s een waardige partner annex opvolger voor Sven Kums geschonken. De Sart verdeelt het spel vanop de zes, vooral dankzij zijn magistrale kruispasses. Daarnaast is hij levensgevaarlijk wanneer hij zelf kan aanleggen vanop afstand.
Bryan Heynen (KRC Genk)
Zijn campagne begon én eindigde met blessurepech, maar tussendoor stond de aanvoerder van Genk er als vanouds. Zonder hem lijden de Limburgers toch al te vaak onder een gebrek aan vastberadenheid. Al teert Heynen niet enkel op karakter, wel integendeel. Zijn fijne passing en vista passen perfect binnen het Genkse DNA. Over alle competities heen stond hij toch weer acht keer aan het kanon.
Patrick Hrosovsky (KRC Genk)
Bij de laatste thuiswedstrijd kreeg Heynen de bronzen schoen uitgereikt van de eigen aanhang. Het zilveren exemplaar ging naar deze Hrosovsky, die daardoor ook zijn plek in dit lijstje verdient. De Slowaak trok de lijn van vorig seizoen door en houdt de boel steeds draaiende op het Genkse middenveld. Op 17 juni hoopt hij die kwaliteiten ook tegen de Rode Duivels te laten bewonderen.
Mandela Keita (Royal Antwerp FC)
Al van begin maart roept Mark van Bommel dat Keita aan zijn laatste maanden op de Bosuil bezig is/was. Door zijn prestaties valt hij simpelweg niet meer uit de klauwen van de G5-competities te houden. Zijn profiel leunt ook perfect aan bij de vereisten in pakweg de Bundesliga of Premier League: fysiek overwicht, nauwelijks van de bal te zetten en technisch meer dan begaafd. Wie weet loopt zijn pad zelfs met een tussenstop op … Euro 2024.
Théo Leoni (RSC Anderlecht)
Ze deden allemaal hun job op het paars-witte middenveld, maar als er eentje de harten veroverd heeft, is het toch Leoni. Vooral in de heenronde charmeerde de niet zo jonge belofte (toen 23 jaar). Met de vista zit het helemaal snor en de scholing op Neerpede heeft ook hem onderlegd. Wat andere ketten echter missen, namelijk volledige overgave en af en toe eens over het randje stappen, durft Leoni wél in zijn spel op te nemen.
Leonardo Da Silva Lopes (Cercle Brugge)
Onbewust werd de Portugees nog dé spilfiguur in de titelstrijd. Omdat hij nipt buitenspel stond, ging zijn doelpunt tegen de stadsrivaal niet door, waardoor Club Brugge en niet Union Saint-Gilloise in de zevende hemel landde. Hopelijk overschaduwt het zijn prestaties niet, want in zijn vierde jaar bij Cercle haalde Lopes veruit zijn beste niveau. Alomtegenwoordig was hij, zonder daarbij zijn technische bagage te verliezen.
Raphaël Onyedika (Club Brugge)
Onder Ronny Deila moest hij nog geregeld vrede nemen met de bank. Wie Onyedika in de Play-Offs aanschouwd heeft, kan dat toch maar moeilijk snappen. Net als in zijn eerste maanden bij Club demonstreerde de controleur een breed arsenaal aan troeven. Af en toe nam hij zelfs een (belangrijk) doelpunt voor zijn rekening. In deze vorm heeft Onyedika zijn plek in een topcompetitie.
Rob Schoofs (KV Mechelen)
We waren haast vergeten hoe goed ze wel niet kunnen voetballen in die Mechelse as. Gelukkig herinnerde Besnik Hasi ons daar net op tijd aan. De patron? Nog maar eens Schoofs. De linkspoot is intussen een dertiger en lijkt vrede genomen te hebben met zijn plek bij Malinwa. Daar kan hij zoveel hij wil in het rond strooien met heerlijke pasjes. Als toetje houdt Schoofs nog een weergaloos afstandsschot achter de hand (of beter: voet).
Charles Vanhoutte (Union Saint-Gilloise)
Zijn jeugdclub had hem nog een prachtig geschenk kunnen geven. Mocht Cercle gewonnen hebben van Club, stond Vanhoutte zondag met de trofee te zwaaien. Hoe dan ook heeft Union haar sterke jaargang mede aan de West-Vlaming te danken. Vanhoutte is specialist in gaten dichtlopen, staat zijn mannetje in de duels en vervalt niet te graag in balletjes breed. Vooruit met de geit!
Arthur Vermeeren (Royal Antwerp FC)
Wat heeft The Great Old hem gemist. Nadat Vermeeren zijn droomtransfer (eigenlijk tegen zijn eigen zin) al in de winter afrondde, kwamen de lacunes van Van Bommel en zijn elftal pas echt bloot te liggen. Het Antwerpse goudhaantje komt bij Atlético Madrid nog niet al te vaak in beeld, maar dat neemt niet weg dat hij van augustus tot december heerste over de Belgische (midden)velden, tot zelfs in de Champions League toe.
Hugo Vetlesen (Club Brugge)
Igor Thiago bleek een schot in de roos, maar ook de zomerse komst van Vetlesen mag geslaagd genoemd worden. Ook voor hem was het onder Deila, nochtans een landgenoot, even zoeken. Toen Nicky Hayen het stokje overnam, viel de driehoek volledig in de plooi: Onyedika op zes, Hans Vanaken als ankerpunt en Vetlesen die daartussen de verbinding verzorgde. Zijn aangeboren klasse doet vermoeden dat Brugge niet noodzakelijk zijn eindhalte hoeft te zijn.
Nu is het aan jou: wie verkies jij tot beste doelman uit de JPL 2023-2024? Stemmen kan via de poll!