Vermeeren naar Atlético, dat snakt naar jeugdige sprankel

Vermeeren op weg naar Atlético Madrid, waar Simeone snakt naar jeugdige sprankel

24 januari om 10:00
Laatste update: 24 januari om 10:00

Er lijkt een doorbraak in de transferoorlog rond Arthur Vermeeren. Atlético Madrid heeft naar verluidt een akkoord bereikt met Royal Antwerp FC. Vermeeren zelf moet nog naar de Spaanse hoofdstad afreizen om te onderhandelen, maar zou een overstap best zien zitten. Waar komt de Belofte van het Jaar straks terecht? VoetbalPrimeur.be schetst de zoektocht van een fanatieke club en coach naar frisse veulens.

Bij het kransje van vijf-zes absolute topclubs in Europa hoort Atlético net niet, maar vlak daaronder hoeft de grootmacht uit Madrid zich niet te schamen. Het palmares van Los Colchoneros spreekt boekdelen. Met onder meer elf titels, tien beker en drie Europa Leagues in de prijzenkast zou je in België eeuwig respect verdienen. In Spanje heb je de pech dat er ene FC Barcelona en Real Madrid actief zijn ... Niettemin wordt Atlético vaak in één adem met hen genoemd. Dat is op zich al een knappe prestatie.

Eerlijk is eerlijk, die status staat iet of wat op het spel. De recente geschiedenis van Atlético valt niet los te koppelen van één centraal figuur, die als rode draad doorheen het voorbije decennium loopt: Diego Simeone. Sinds zijn aanstelling in 2011 is het de tweede club uit Madrid voor de wind gegaan. In zijn eerste jaren wist de Argentijn zijn voet naast en af en toe zelfs voorbij de twee Spaanse grootheden te plaatsen. De twee verloren finales in de Champions League (2014 en 2016) blijven daar het beste bewijs van, al doet het nog steeds pijn aan de rood-witte hartjes dat uitgerekend Real de weg naar de beker met de grote oren tot twee maal toe versperde.

Toch mocht Atléti in die wittebroodsjaren van Simeone voldoende eremetaal vieren. La Liga in 2014 en twee Europa Leagues zijn daar nog altijd het levende bewijs van. Het moet gezegd: ondanks de natuurlijke rol van underdog konden de Spanjaarden destijds op weinig meeval rekenen van de neutrale voetballiefhebber. Het viriele, vaak defensieve en zelfs overdreven agressieve spel deden daarvoor te zeer pijn aan de ogen. Wie daar het minst om maalde, was Simeone zelf. Giftige opmerkingen, wilde gebaren en venijnige trucs zijn bij hem eerder regel dan uitzondering.

Het oog wil ook wat
Anno 2024 lijkt de trainer echter toe aan bezinning. De vurige passie brandt nog steeds als tevoren, maar het besef is ingesijpeld dat de steriele aanpak waarmee hij succes oogstte in zijn beginjaren, inmiddels achterhaald is. In het huidige voetbal volstaat het niet langer om een dubbel blok neer te zetten en te hopen op enkele prikken. Ook José Mourinho, met wie Simeone vaak vergeleken wordt, moet dat schoorvoetend toegeven. Tempo ontwikkelen en hoge pressing zijn onmisbar vaardigheden geworden om op topniveau mee te draaien.

De Argentijn heeft die reconversie ingezet, al vraagt dat uiteraard de nodige tijd. In zijn dertiende seizoen aan het roer ogen de cijfers van Atlético niet zo gek verschillend ten opzichte van de grote rivalen. Zo hebben Antoine Griezmann en co tot nu toe 40 keer raak getroffen in La Liga. Ter vergelijking: ook Barça zit aan dat aantal, terwijl Real slechts nipt beter doet met 43. Het is ooit anders geweest. Toen Atlético zich in 2021 voor het laatst tot kampioen kroonde, scoorde het gemiddeld 1,76 keer per wedstrijd. Nu ligt dat exact op twee.

Geleidelijk aan stappen dus ook Los Colchoneros het hedendaagse voetbaltijdperk binnen. Dat gebeurt met vallen en opstaan. Wat meer frivoliteit was immers welgekomen, maar vergis je niet: elke aanwinst moet flink in het gareel lopen dat Simeone heeftu uitgestippeld. Ploeggeest en verdedigende omschakeling blijven sleutelwaarden binnen zijn spelopvatting. In dat opzicht vormt de periode van Joao Félix in het Wanda Metropolitano een waarschuwing voor Vermeeren.

In de hoop om wat meer opwinding aan het spel toe te voegen, plukte Atlético het megatalent in juli 2019 weg bij SL Benfica. Prijskaartje? Een slordige 127 miljoen euro! Die monstersom hing als een molensteen rond zijn nek en vormde meteen een eerste verklaring voor het feit dat Félix nooit écht doorbrak in Madrid. Daarnaast kon hij niet helemaal aarden aan de rigide aanpak van Simeone. Bij zijn huidige club, Barcelona, loopt het een pak losser. Het voetballen is Félix met andere woorden nooit verleerd. Het toont enkel nogmaals aan dat voor élke speler de omgeving cruciaal is.

Wissel van de wacht
Die wijze les hoef je de nuchtere Vermeeren niet te leren. De metronoom van Antwerp valt op door zijn nuchterheid en gaf zelf al te kennen dat hij niet over één nacht ijs gaat om zijn volgende werkgever uit te kiezen. Hoewel Atlético hier en daar wordt afgeraden (vanwege haar gebrek aan sex appeal?), zou de klik met Simeone er wel eens snel kunnen komen. Comfortabel aan de bal, tactisch sterk, gul in de fysieke inspanningen en positioneel uitstekend: het zijn kwaliteiten die de Atlético-trainer bij elk van zijn manschappen verlangt.

Vanuit beide perspectieven valt de nakende transfer goed te verklaren. De landstitel lijkt al gaan vliegen, maar in de Copa del Rey en - vooral - in de Champions League valt wél nog eeuwige roem te vergaren. In die laatste competitie wacht Internazionale in de achtste finales. Simeone lijkt de komende maanden echter hoofdzakelijk te willen bouwen richting volgend seizoen. Daarvoor dringt verjonging zich op. Zowat al zijn regelmatig gebruikte krachten zijn dertigers of late twintigers. Denk maar aan Axel Witsel bijvoorbeeld, die op z'n 35e nog steeds een gerespecteerde pion is in het basiselftal. Amper twee spelers onder 25 jaar mochten al meer dan vijf keer opdraven: Pablo Barrios (20) en Samuel Lino (24). Wordt Vermeeren straks de vaandeldrager van een nieuwe lichting Atlético-wonderkids?