Leven na Preud’homme: trotse opklimmer Montanier moet Luikse rug helpen rechten

11 juni 2020 om 10:40
Laatste update: 11 juni 2020 om 10:40

Standard Luik legt haar lot in het tweede post-Michel-Preud’homme-tijdperk in de handen van Philippe Montanier. Hoewel die naam misschien geen al te luid belletje doet rinkelen, bouwde de 55-jarige Fransman al een mooi, gevarieerd en bij momenten succesrijk cv uit als trainer. Wat mag het Belgische voetbal verwachten van de nieuwe leidsman van de Rouches? VoetbalPrimeur.be schetst het profiel van een 'opklimmer', die zich niet laat ontmoedigen door tegenslagen.

Als voetballer mocht Montanier zich in de periode 1985-2000 een vaste waarde in de Ligue 1 noemen. Naast het feit dat ze generatiegenoten zijn, valt meteen een tweede link met Preud’homme op: ook zijn opvolger verdiende zijn strepen als doelman. De beste ter wereld mocht hij zich weliswaar nooit noemen (een onderscheiding die onze landgenoot wél kreeg, in 1994), maar de bij Toulouse en vooral SM Caen was Montanier jarenlang een gewaardeerde kracht.

Wanneer hij bij de eeuwwisseling besluit om een punt achter zijn spelersloopbaan te zetten, wordt al snel duidelijk dat de Fransman in het voetbal actief wil blijven. Verrassend genoeg zet hij zijn eerste stapjes als … sportief directeur. Als grote liefde Caen hem die post aanbiedt, kan Montanier immers niet weigeren. Het kersverse avontuur draait uit op een sisser. Na enkele weken trekt de clubman de deur bij Caen al achter zich dicht, na een desastreuze competitiestart. Vanaf dan richt Montanier zich volop op een carrière als trainer. Met meer succes, gelukkig.

Steile opmars: van T2 naar Ligue 1
Zoals in elke stiel komt het er ook in de trainerswereld op aan om in eerste instantie ervaring op te doen. De kneepjes van het vak leert Montanier van Robert Nouzaret, met wie hij als speler al samenwerkte. Nouzaret maakte naam bij onder meer Olympique Lyon, Montpellier en als bondscoach van een rist Afrikaanse landen. Montanier steelt gretig met ogen en oren, tot hij zich in 2004 klaar voelt om op eigen benen te staan. Boulogne-sur-Mer, een provincieclub uit de CFA, het vierde niveau in Frankrijk, schenkt hem daartoe de kans.

Gesterkt door de zeelucht doet Montanier een frisse wind waaien bij de club uit Pas-de-Calais. Wat heet: Boulogne-sur-Mer raast plots als een wervelwind door het Franse voetbal. In vijf jaar tijd loodst het groentje de Noord-Fransen van de krochten van de CFA naar de grandeur van de Ligue 1! Die krachttoer levert hem de titel ‘Trainer van het Jaar 2008-2009’ op in de Ligue 2 én een overstap naar Valenciennes. Ook daar is zijn passage een voltreffer. Onder zijn bewind eindigen Les Athéniens, traditiegetrouwe laagvliegers, twee keer met de vingers in de neus in de veilige middenmoot. Montanier sleept zelfs een historische tiende plek uit de brand, voor het eerst in meer dan 40 (!) jaar.

Met Griezmann richting Champions League … of net niet
Stilaan kan een contract bij een groter team niet langer uitblijven. Medio 2011 slaat Montanier twee vliegen in één klap: voor het eerst krijgt hij de kans bij een subtopper én waagt hij de stap naar het buitenland. Het Baskische Real Sociedad hengelt de rijzende ster uit het Franse trainersgilde binnen. Anderhalf jaar later lijkt het bestuur daar spijt van te hebben. De resultaten zijn pover, de ambities worden niet waargemaakt. Montanier duikt zijn laatste zes maanden contract in met nauwelijks perspectief op een verlenging.

In het voorjaar van 2013 volgt echter een fenomenale ommekeer. De brandstof voor die remontada is een opzienbarende 3-2-zege tegen FC Barcelona, tot dan ongeslagen in La Liga. Plots barst Sociedad van het zelfvertrouwen: in het restant van dat seizoen verliest Real amper één wedstrijd meer. Daardoor sluit de tweevoudige landskampioen de competitie af op een historische vierde plaats, mét bijbehorend ticket voor de Play-Offs van de Champions League. Het kampioenenbal bereiken lukte Sociedad slechts één keer eerder, in 2003-2004. Montanier mag zich dus opmaken voor het allerhoogste platform … Of niet!

Dankzij de geweldige resultaten kan het bestuur natuurlijk niet anders dan een poging ondernemen om haar Franse coach aan boord te houden. Dat doet het echter niet van harte. Ondanks de ferme stunt ligt Montanier immers niet in de bovenste schuif in het wat xenofobe Baskenland. Hij is ‘geen van hen’ en laat geen Baskische jeugdproducten meer doorstromen uit de vermaarde academie, luidt de kritiek. Bovendien zou zijn meerwaarde gering zijn. De eer voor de successen komt vooral de talentvolle spelersgroep toe, met goudhaantje Antoine Griezmann op kop.

Nochtans vindt Montanier dat hij een aandeel heeft in de ontbolstering van de prijsschutter. “Hij heeft zich opgewerkt van het beloftestatuut naar een gevestigde waarde”, laat hij zich ontvallen in de biografie Les 7 vies de Grizi. Hoe dan ook legt Sociedad haar trainer slechts een contract voor één jaar voor. Onvoldoende, oordeelt Montanier. Onze zuiderbuur laat zijn Franse trots spreken en weigert. Ongetwijfeld een bittere pil om slikken, want tot op heden wacht hij nog steeds op zijn eerste Europese duel. Een hiaat om op te vullen bij Standard.

Franse rentree met Engelse escapade
Montanier blijft allerminst bij de pakken zitten. Luttele weken later zet hij zijn krabbel onder een verbintenis bij Stade Rennais. Daar heerst flink wat ambitie: de traditieclub uit Rennes moet zo snel mogelijk doorstoten naar de Franse subtop. Voor het eerst in zijn loopbaan slaagt Montanier er niet in aan het verwachtingspatroon te voldoen. De finale van de Coupe de France haalt hij wel, maar die gaat verloren ten voordele van underdog Guingamp. In de Ligue 1 blijft Rennes steeds onder de hoge lat van het bestuur. In januari 2016, na tweeënhalf jaar dienst, krijgt Montanier zijn allereerste C4.

Ontgoocheling niet de bovenhand laten nemen, het lijkt wel een levensmotto van de Fransman. Ook nu weer kiest Montanier razendsnel voor een nieuwe werkgever. De Engelse voetbalcharme lokt hem richting Nottingham Forest, oertraditionele sfeerclub uit The Championship. Helaas, de neerwaartse trend zet zich voort. Na minder dan acht maanden staat Montanier alweer op de keien. Opnieuw is de relatie met het bestuur niet opperbest. Eigenlijk kwam de ex-keeper op voorspraak van een kandidaat-overnemer, maar die verdween na vastgelopen onderhandelingen uit beeld. Dat kost ook Montanier de kop.

Tot twee keer toe betaalt de inmiddels 55-jarige Normandiër dus het gelag. Nochtans vindt hij de impact die een trainer op een wedstrijdresultaat heeft, fel overroepen. “Je moet niet geloven dat een trainer alles in de hand heeft”, vertelde Montanier ooit in een interview aan France Football. “Zeker niet tijdens een match. Buiten de rust en de twee à drie vervangingen, waar je iets in gang probeert te zetten, beheers je niets. Die invloed heb je enkel in de week. Tijdens de week is het vooral ‘trainer’ en weinig ‘spelers’, op de wedstrijddag is het vooral ‘spelers’ en weinig ‘trainer’.”

Hervonden geluk in Noord-Frankrijk
Met die wijsheid in het achterhoofd neemt Montanier deze keer de tijd om zijn volgende beslissing in alle rust te overdenken. Een renaissance dringt zich op, en waar kan je je beter herbronnen dan thuis? Na zijn eerdere successen in Boulogne en Valenciennes kiest de trainer-in-verval opnieuw voor een club van eigen, Noord-Franse bodem. Voor RC Lens zet hij zelfs met plezier een stapje terug richting Ligue 2. De doelstelling van Sang et Or past perfect bij zijn persoonlijke drijfveer: zo snel mogelijk terugkeren op het hoogste niveau. Eén van de soldaten die hem daarbij zal helpen, is Guillaume Gillet. De kans is overigens groot dat die twee elkaar in de Jupiler Pro League zullen terugvinden, weliswaar als tegenstanders.

In zijn eerste seizoen loopt het nog net mis voor Lens. Het haalt de promotiebarrages, maar in de terugmatch blijkt Dijon toch wat te sterk. De club laat de schouders niet hangen, integendeel. Een flinke investering in de zomer loodst heel wat ervaring naar het Stade Bollaert. Die inspanning lijkt te lonen: Montanier zwicht niet voor de druk en bij Nieuwjaar prijkt een dominant Lens helemaal bovenaan de rangschikking. Alles doet vermoeden dat de trainer na de zomer weer aan de slag gaat in de Ligue 1. Montanier keert echter van een kale kermis thuis …

In de weken na de winterstop is Lens niets meer dan een schim van zichzelf. Van speeldag 20 tot en met 26 boekt geel-rood één schamele driepunter. Plots zijn Gillet en co afgegleden naar de derde plek in de stand, die geen recht geeft op directe promotie. Paniek in de tent! Het bestuur hakt een aartsmoeilijke knoop door: eind februari wordt Montanier aan de deur gezet. Of dat de juiste is, valt moeilijk hard te maken. Feit is wel dat Lens, mede dankzij het coronavirus, volgend seizoen weer in de Ligue 1 uitkomt. Hoewel Montanier 46 van de 52 behaalde punten op zijn conto schreef, mag niet hij, maar de reservetrainer de champagne ontkurken.

Zijn voetbalvisie: van Franse school naar internationale allure
Wanneer Montanier zich bij de start van dit millennium op het trainersvak stort, staat hij vooral te boek als een adept van de typische Franse school. Defensief teert die op een stugge en strakke organisatie, terwijl voorin gerekend wordt op de flitsen van enkele technisch onderlegde aanvallers. Disciplinie op en naast het veld is daarin het codewoord. De Franse tak van Eurosport omschrijft de kersverse Standard-coach niet toevallig als ‘zeer streng’. Dat Montanier die Franse filosofie overneemt, hoeft niet te verbazen, aangezien hij op dat moment nog nooit met voetbal buiten de eigen landsgrenzen in contact is gekomen.

Zijn passages bij Sociedad en Nottingham Forest hebben zijn horizonten echter verruimd. Dat zag ook Total Football Analysis, dat de tactische aanpak van de trainer in het voorbije seizoen bij Lens vakkundig onder de loep nam. Hoewel Montanier de competitie aanvatte met een klassieke 4-2-3-1-formatie, schakelde hij al snel om naar een soort van 3-4-3. Niet bepaald Franse school. Bovendien investeerde de tacticus heel wat tijd in het uitbouwen van een hoge pressing. Dominant en direct voetbal, dat zou de sleutel richting promotie worden. Vooral het gemiddelde aantal voorzetten spreekt daarin boekdelen. Per wedstrijd pompten zijn troepen net geen zestien ballen voor doel.

Ook achterin week Montanier geleidelijk aan af van het klassieke Franse pad. Steeds vaker liet hij Lens een strakke mandekking toepassen. Het doel van die agressieve en intense druk is kristalhelder: zo snel als kan het leer veroveren, liefst zo hoog mogelijk op het terrein. Het mag dus duidelijk zijn dat Montanier zijn spelvisie heeft aangepast aan de noden van een ploeg die bovenaan de klassering wil meedraaien. Dat moet Standard als muziek in de oren klinken. De komende maanden zal heel Sclessin, Preud’homme op kop, met argusogen volgen of de Fransman de trotse Rouches weer richting de top kan lanceren. Of dat met de kenmerkende verticaliteit zal gebeuren, is een groot vraagteken. Dat clubs een eigen ‘huisstijl’ zouden moeten hanteren, vindt Montanier namelijk larie. “Dat is pompeus. Met uitzondering van Barcelona heeft geen enkele club dat”, beweert hij.

Als afsluiter kan Montanier best zelf onder woorden brengen wat het fanatieke Standard-publiek dan wél van hem mag verwachten. “In een seizoen heb je twintig procent matchen waarin je écht goed bent”, legde hij in 2015 uit aan France Football. “In twintig procent ben je echt slecht. En dan heb je die andere zestig procent, waar alles bepaald wordt, als je net dat tikkelte boven of onder gemiddeld bent. Het is die zestig procent die je moet verzorgen. Daar moet je zo vaak mogelijk bovengemiddeld zijn. Of gewoonweg goed.”