Renard moet gebreken van Fredberg invullen, maar start met dubbele strop
RSC Anderlecht jaagt nog maar eens een schokgolf doorheen haar organigram. Wouter Vandenhaute heeft Jesper Fredberg bedankt voor bewezen diensten en kondigde op een druk bijgewoonde persconferentie in één klap zijn opvolger aan: Olivier Renard. Die moet de gebreken van zijn voorganger wegpoetsen, al ligt de weg bezaaid met enkele valkuilen. VoetbalPrimeur.be brengt het pad dat Renard naar het Lotto Park heeft geleid in kaart.
Eén voordeel heeft de kersverse CEO of Sports alvast ten opzichte van Fredberg: hij is ‘ne keeper’. Tot en met zijn 36e levensjaar mocht je die omschrijving letterlijk nemen. Al bij de nationale jeugdreeksen stond Renard te boek als een uitstekende doelman (in wording). Vooral bij KV Mechelen en Standard Luik loste hij die verwachtingen ook in. Bovendien proefde de Henegouwer als prille twintiger al van een avontuur in het buitenland, meer bepaald in de laars. Ondanks een dertigtal wedstrijden bij Udinese en Modena zat doorbreken in Italië er niet echt in, maar op Belgisch niveau lag zijn betrouwbaarheid hoog. Enige smet op zijn actieve spelersbestaan is ongetwijfeld dat hij nooit het Duivelse doel mocht verdedigen. Doublure, dat wel, maar Stijn Stijnen versperde hem genadeloos de weg.
Figuurlijk houdt het woordgrapje met ‘keeper’ eveneens steek. In zijn rol als directeur verstreek zijn houdbaarheidsdatum bij zijn voorgaande werkgevers slechts langzaam. Meteen na de aankondiging van zijn spelerspensioen vermeed Renard het zwarte gat door zich terug te wenden tot grote liefde Malinwa. Als rechterhand van de doorwinterde Fi Vanhoof leerde hij de kneepjes van het vak. Vrij vlug mocht Renard zelf aan de touwtjes trekken. Het KV-publiek droeg hem op handen, al kreeg die sympathie een deukje in februari 2016.
Toen zwichtte Renard voor een aanbod van die andere oude bekende, Standard. Onder voorzitter Bruno Venanzi wilden De Rouches weer aanknopen bij de successen uit het verleden. De capaciteiten van Renard als aan- en verkoper pasten perfect in dat plaatje. Met hem aan het roer mochten de resultaten ook best gezien worden, met onder meer een tweede en derde plaats in de competitie, en vooral gekruid met bekerwinst. Na een slaapverwekkende finale in 2018 zette Renaud Emond de Vurige Stede nog eens in vuur en vlam. Het is tot op heden nog altijd de laatste trofee van Standard. Die draagt dus een stevige handtekening van Renard.
Kapitaal uitbouwen
Ergens zit het hem in het bloed, traditieclubs uit een impasse halen. In de huidige voetbalwereld hoort daar één onvoorwaardelijk uitgangspunt bij: geldstromen genereren. Dat doe je als Belgische clubs best door aan fikse prijzen te verkopen. Net dat verwijt legde Vandenhaute afgelopen zomer bij Fredberg neer. Op Zeno Debast na haalde Anderlecht onvoldoende transferinkomsten op. Daarmee dolf de Deen eigenlijk zijn eigen graf, want de cheque om vers talent naar Brussel te loodsen, viel evenzeer karig uit. Eerst verkopen, dan pas zelf op jacht gaan: het is nu eenmaal de bittere realiteit geworden in het Astridpark.
Als verkoper verdiende Renard in Luik meermaals zijn strepen. Hoewel de spelerskern niet meer bij machte was om de Jupiler Pro League te overheersen, bleef Standard stevige vraagprijzen hanteren. Die zetten geen rem op de verkoop. In chronologische volgorde realiseerde Renard een resem uitgaande klappers: Orlando Sá (4,8 miljoen euro), Ishak Belfodil (5,5 miljoen), Junior Edmilson (5,2 miljoen), Moussa Djénépo (15,7 miljoen), Razvan Marin (12,5 miljoen) … Het zijn bedragen waar men op Sclessin tegenwoordig een moord voor zou plegen.
Even opvallend als de bedragen van die transfers, springen ook de bestemmingen in het oog. Engeland, Duitsland, Italië, Spanje … Renard wist zowat overal interesse op te wekken voor zijn spelersmateriaal. Ook daar hoopt Vandenhaute mogelijk munt uit te slaan. Terwijl Fredberg bij lastige dossiers al te vaak gedwongen werd om terug te vallen op de Deense markt, oogt het adressenboekje van zijn opvolger internationaler en uitgebreider. Dat had de Standard-top destijds al vroeg begrepen, in die mate zelfs dat hij mocht toetreden tot de Raad van Bestuur.
Canadese bagage
Ondanks de wederzijdse liefde was ook die romance eindig. In juni 2019 koos Renard voor een nieuwe uitdaging, aan de zijde van Luciano D’Onofrio bij het razend ambitieuze Royal Antwerp FC. Ook de oud-doelman had in de smiezen dat de (financiële) bomen in Antwerpen verder richting hemel reikten dan in Luik. Die samenwerking was echter geen lang leven beschoren. Na een handvol maanden sprong Renard op een andere trein. Of beter: een ander vliegtuig. Van over de grote plas trok Montréal Impact hem nadrukkelijk aan de mouw.
Je horizonten verruimen, als sportief directeur is het nu eenmaal noodzakelijk voor de ontwikkeling. Met één adressenboekje komt Renard intussen niet meer toe. Vijf jaar lang zette onze tweetalige landgenoot de lijnen uit in het oosten van Canada. Geleidelijk aan werd zijn takenpakket er uitgebreid, wat enkel de waardering van het Montréal-bestuur onderstreept. Na verloop van tijd mocht Renard er zelfs een contract van onbepaalde duur ondertekenen. Bij zijn afscheid stonden er op het statement op de clubwebsite uitsluitend lovende woorden te lezen.
De dubbele strop
En toch, toch hangt er ook een donker randje rond zijn figuur. Zo’n drie jaar na de uitbarsting van de bom rond ‘Propere Handen’ viel ook de naam van Renard in het dossier. Ooit waren ze twee handen op één buik, nu beschuldigde Venanzi hem van onfrisse praktijken. Concreet zou Renard onder tafel geld en geschenken hebben aangenomen van makelaar en spilfiguur Dejan Veljkovic. Leugens gebaseerd op een persoonlijke afrekening, argumenteert Renard zelf. Naar eigen zeggen heeft hij al vijf jaar niets meer vernomen van het gerecht en werden zijn bankrekeningen evenmin onderzocht. Dat hij ten tijde van de verspreiding van het schandaal plots zijn koffers voor Canada had gepakt, doet Renard af als louter toeval.
In ieder geval wacht de waarheid nog steeds op het volle daglicht. Dat beseft de hoofdrolspeler als geen ander. Bij de onderhandelingen met Vandenhaute stelde Renard zelf voor om een bijzondere clausule in zijn overeenkomst op te nemen. Mocht er alsnog een juridische veroordeling volgen, wordt hij op staande voet ontslagen. Enerzijds siert hem dat, anderzijds kleeft het verhaal toch meteen vanaf dag één in Anderlecht-loondienst aan zijn reputatie. Enkel een officiële vrijspraak kan Renard zuiveren, schuldig of niet.
Het is een risico dat Vandenhaute bereid is om te nemen. Niet het enige trouwens. Naast de omkoopaffaire hangt er nog een tweede strop rond zijn nek, eentje in rood-witte kleuren. De wantoestanden van de afgelopen jaren bewijzen dat het water tussen Brussel en Luik enorm diep blijft. Alles wat vanuit Standard in Anderlecht neerstrijkt (of vice versa), wordt op z’n minst argwanend bekeken. Zijn Luikse stempel zal Renard slechts op één manier van zich af kunnen vegen: door resultaten te boeken. Gezien de huidige situatie in het Park is dat een zware handschoen om op te nemen. Maar dat mag geen probleem vormen voor ‘ne keeper’, toch?
Beluister de nieuwste aflevering van Tijd voor Voetbal met het verlies van RSC Anderlecht tegen Beerschot, de jonkies bij Club Brugge en de derby's in de JPL!
Ontvang op je smartphone gratis als eerste het grote voetbalnieuws. Hoe? Volg het kanaal van VoetbalPrimeur.be op WhatsApp via deze link.