VP’s clubrapport: Anderlecht veroverde meer punten dan verwacht, maar minder zieltjes
De Jupiler Pro League editie 2023-2024 heeft al haar geheimen prijsgegeven. Voor de meesten lonkt een welverdiende vakantie, waar ze zich uitgebreid kunnen verdiepen in de clubrapporten van VoetbalPrimeur.be. Van laag naar hoog in de stand krijgen de verschillende JPL-clubs een beoordeling. Hieronder aan de beurt: RSC Anderlecht.
Stand na reguliere competitie: 2e
Stand na Play-Offs: 3e
Balans: 22W – 11G – 7V
Topschutter: Anders Dreyer (19)
Assistenkoning: Anders Dreyer (9)
Aantal clean sheets: 10
De prestaties in een notendop
Is het echte Anderlecht terug van weggeweest? Die vraag keerde als een onstopbare boomerang terug doorheen de campagne. Het puntentotaal wijst eigenlijk slechts één correct antwoord aan: ja. In de reguliere competitie verzamelde paars-wit 63 punten uit het maximum van 90, goed voor een gemiddelde van 70 procent. Ter vergelijking: in het annus horribilis van 2022-2023 geraakte de recordkampioen amper aan 45 procent … Van een fikse buis naar één van de primussen van de JPL-klas, met andere woorden.
En toch … Wat wordt er verstaan onder ‘het echte Anderlecht’? Uiteraard hoort daar in de eerste plaats bij dat veel wedstrijden winnend worden afgesloten, maar bij nostalgici staat ook aantrekkelijk, aanvallend spel op het netvlies gebrand. Champagnevoetbal hebben de supporters dit seizoen echter niet of nauwelijks gezien. Anderlecht teerde op een solide organisatie en hoefde niet altijd de bal. De aangeboren klasse van enkele aanvallers zou wel het verschil maken. Hoewel het Lotto Park bij elke thuismatch daverde als vanouds (of zelfs nog meer), kregen de aanwezigen daar eigenlijk te weinig voor terug.
Waar uitdagers Club Brugge en Union Saint-Gilloise grote delen van wedstrijden konden domineren, rekende Anderlecht vooral op de ervaring om buitenkansjes maximaal uit te buiten. Zo kan je hoog eindigen, maar blijkbaar geen kampioen spelen. In de Champions’ Play-Off drukte de rivaal uit Brugge de Brusselaars met de neus op de feiten. Zo eindigden de Brusselaars uiteindelijk op een terechte derde plek. In augustus had de meerderheid van de fans daarvoor getekend, maar dat Anderlecht op twee speeldagen van het einde nog op de troon zat, zorgt niettemin voor een wrange nasmaak.
Mooiste zege: op Club Brugge in de reguliere competitie (1-2)
Pijnlijkste nederlaag: thuis tegen Club Brugge in de Champions’ Play-Off (0-1)
Het transferhuiswerk
Jarenlang was de kas leeg, maar mede dankzij de lucratieve verkoop van Bart Verbruggen had Anderlecht nog eens een spaarpotje gevonden om uit te geven. Daardoor kon Jesper Fredberg voor het eerst zijn stempel drukken op een mercato. De krijtlijnen van zijn plan van aanpak: ervaren klasse, met een lichte voorkeur voor Deense paspoorten. Ludwig Augustinsson, Thomas Delaney, Kasper Dolberg, Mats Rits en Kasper Schmeichel voorzagen de kern van een kwaliteitsinjectie van jewelste. Eind augustus verwende Fredberg de aanhang dan ook nog eens met de spraakmakende transfer van Thorgan Hazard.
Al die vedetten tilden de ploeg ontegensprekelijk naar een hoger niveau. Liefst twaalf keer pakte Anderlecht een overwinning met het kleinste verschil. Met zoveel dertigers op het terrein is dat geen toeval … De scouting had overigens ook enkele jongere profielen aangebracht. Die konden zich minder staande houden tussen al dat geweld. Louis Patris overtuigde eigenlijk nooit, Luis Vázquez enkel af en toe als invaller. De Fransman Alexis Flips werd na zes maanden zelfs al uitgeleend. Dat moet volgende zomer toch beter.
De trainer(s)
Iemand die punten pakt, maar qua spelpeil al te vaak op de honger laat zitten. Het is een spreidstand die ook vele paars-witte supporters kopzorgen oplevert. Wie puur naar de cijfers kijkt, moet Brian Riemer een pluim geven. Op een jaar tijd nam hij met Anderlecht de lift, van de elfde plaats naar de derde. Toch kreeg hij bij het uitstappen niet al te veel applaus. De opmars wordt hoofdzakelijk toegeschreven aan de toegenomen kwaliteit in de spelersgroep en niet zozeer aan de trainer.
Integendeel, Riemer heeft tijdens het seizoen best wat kritiek moeten slikken. Eerst kreeg hij te horen dat hij al te vaak de (onnodige) positivo uithing. Hoewel dat naar eigen zeggen zijn koude kleren niet raakte, stelde de Deen dat beeld toch bij. Vervolgens verschoof de aandacht vooral naar zijn tactische vermogen. Want wat was nu eigenlijk zijn strijdplan met dit Anderlecht? Zelfs na de uiteengespatte titeldroom tegen Club Brugge blijft dat een open vraag. De criticasters zullen echter geduld moeten uitoefenen: het staat vast dat Riemer ook volgend seizoen de T1 is.
Lessen om mee te nemen naar volgend seizoen
Ondanks alles is de eerste fase van de revalidatie behoorlijk succesvol afgerond. Anderlecht staat weer onder de mensen en er hangt opnieuw een gevoel van opwinding rond de club. Als de voorbije weken iets duidelijk hebben gemaakt, is het evenwel hoezeer de supporters naar een prijs hunkeren. In 2025 zal het krediet weer een pak kleiner zijn. Als paars-wit de hoofdvogel wil afschieten, zal Riemer moeten bewijzen dat hij wedstrijden naar zijn hand kan zetten, liefst nog met swingend voetbal. Het eerste hoofddoel wordt plaatsing voor de groepsfase van de Europa League, al heeft Anderlecht sowieso het vangnet van de Conference League.