EK-tegenstander #1 voor Jonge Duivels: Nederland kent klappen van de zweep
Vanaf woensdag 21 juni gaan de Belgische beloften op zoek naar een topprestatie op het EK U21 in Georgië en Roemenië. Er staan een titel en vier Olympische tickets op het spel, maar in de eerste plaats moeten de manschappen van Jacky Mathijssen de groepsfase zien te overleven. VoetbalPrimeur.be blikt telkens vooruit op de komende tegenstander. Uitdager één: Nederland.
EK-U21-geschiedenis
Aantal deelnames: acht
Aantal titels: 2
Laatste deelname: in 2021 (gestrand in halve finale)
Nederland in een notendop
De eerste opdracht van de Jonge Duivels belooft meteen een pittige te worden. Een Derby der Lage Landen staat in de eerste plaats namelijk altijd garant voor strijd, spanning en spektakel. Daarnaast is Nederland ook gewoon een autoriteit op het vlak van jeugdwerking. Hun erelijst op de belofte-EK’s spreekt boekdelen. Sinds het toernooi in 1978 werd ingevoerd, waren onze noorderburen er acht keer bij. Slechts één keer overleefden ze de groepsronde niét. Naast twee eindzeges in 2006 en 2007 (in eigen land) schopte Jong Oranje het ook nog vier keer tot de halve finales. Ook nu weer trekt de ploeg naar Georgië en Roemenië met de ambitie om zich tot eindlaureaat te kronen. Hollandse branie, weet je wel!
Blik op de kwalificatiecampagne
Nederland was het aan haar stand verplicht om zich te plaatsen voor het EK, zeker nu het toernooi met zestien landen betwist wordt, in tegenstelling tot acht of twaalf in het verleden. Het ging dan ook voortvarend van start, bij de hand genomen door Jürgen Ekkelenkamp (Royal Antwerp FC) en Joshua Zirkzee (ex-RSC Anderlecht), die allebei erg vlot scoorden. Moldavië, Wales, Bulgarije en Gibraltar bleken al snel een maatje te klein. Het weerbarstige Zwitserland klampte zich wél nog lange tijd hardnekkig vast. Niet toevallig speelden de Nederlanders in Lausanne slechts met 2-2 gelijk. Ook de terugwedstrijd zag er benard uit, maar ondanks een uitsluiting van Wouter Burger trok de thuisploeg in het slot aan het langste eind: 2-0. Daarmee was de eerste plek veiliggesteld.
Nederland: 1e in poule E met 26 punten
Bondscoach: Erwin van de Looi
In het verleden bracht Nederlad al enkele trainers van wereldformaat voort. Tot dat rijtje mag Van de Looi zich nog niet rekenen, maar de 51-jarige oud-verdediger heeft wel al de nodige ervaring opgedaan. Hij was vijf jaar aan de slag als hoofdcoach in de Eredivisie, eerst bij Groningen FC, nadien in dienst van Willem II. Sinds 2018 werkt hij voor de KNVB.
Uitkijken voor …
Enkele jongens met een Belgische link maken het mooie weer in het oranje shirt. Zo zou Bart Verbruggen tot één van de beste keepers op dit toernooi moeten uitgroeien. In de voorrondes kreeg Kjell Scherpen steevast de voorkeur, maar nu lijkt Van de Looi toch echt voor de Anderlecht-goalie te kiezen. Voor een transfer hoeft hij het niet te doen, want een overstap naar Brighton & Hove Albion zit in de pijplijn. Ook Ekkelenkamp en Zirkzee waren zoals gezegd erg belangrijk in het kwalificatieparcours. Het valt te hopen voor de Jonge Duivels dat zij hun neus voor doelpunten (even) hebben thuisgelaten.
Voor het overige bestaat de as van het elftal uit enkele (ex-)Ajax-producten, met Devyne Rensch, Kenneth Taylor, Brian Brobbey en uiteraard Ryan Gravenberch. Die laatste krijgt als speler van Bayern München internationaal de luidste weerklank. In zijn eerste seizoen in de Allianz Arena diende hij voornamelijk als invaller, maar dat is geen schande gezien de moordende concurrentie. Gravenberch moet de lijnen uitzetten bij dit Oranje. Zo'n acht maanden geleden konden Jacky Mathijssen en co de sterkte van de Nederlandse beloften overigens al ondervinden. Een oefenduel aan Den Dreef ging toen met 1-2 verloren.
Enkele opvallende statistieken uit de kwalificaties
- Enkel Spanje en Portugal (41) scoorden vaker dan Nederland: 32 keer;
- Nederland slikte slechts drie tegentreffers, enkel Duitsland bleek verdedigend even sterk;
- Slechts twee spelers schoten vaker op doel dan Zirkzee: achttien stuks.