Wat te verwachten van Duitsland: overgangselftal met kopzorgen en atypische Bomber
Zweden bleek uiteindelijk niet meer dan een opwarmertje, met Duitsland krijgen de Rode Duivels een vettere kluif voor de tanden geworpen. Ook al gaat het slechts om een vriendschappelijke partij, toch zal het ons flink wijzer maken over de ploeg en aanpak van Domenico Tedesco. De Duitsers behoren namelijk tot het kruin van het internationale voetbal, al gaan ze de laatste jaren door een soort van existentiële crisis. VoetbalPrimeur.be legt onze oosterburen onder de loep.
Tegenwoordig loopt het wat minder reibungslos, maar Duitsland wordt nog steeds gerekend tot de absolute grootmachten van het wereldvoetbal. Niet onlogisch, als viervoudige wereldkampioen. Ook de onderlinge krachtsverhoudingen met ons land zijn glashelder. In 25 confrontaties (de verschillende politieke constellaties van de Duitsers inbegrepen) trokken de Rode Duivels slechts vier keer aan het langste eind. De laatste keer gebeurde dat in ... 1954. Sindsdien bleken de Duitsers in vijftien van de zestien ontmoetingen te sterk.
Maar goed, aangezien het voorlopig laatste duel al van 2011 dateert (3-1-verlies in Düsseldorf), zijn die historische uitslagen niet meer dan statistieken. Het afgelopen decennium zijn de verhoudingen immers behoorlijk verschoven. Onder impuls van onze veelbesproken generatie talentrijke spelers is België opgestoomd naar het hoogste niveau, terwijl de Duitsers de voorbije jaren op hun beurt van hun pluimen gelaten hebben. Nadat ze zich in 2014 nog tot wereldkampioen kroonde in Brazilië, met die krankzinnige 7-1-pandoering voor het thuisland, slaagden ze er in zowel 2018 als 2022 niet in om de groepsfase te overleven. Auwtsch!
Die onwaardige resultaten hebben Duitsland met levensvragen opgezadeld over het nationale elftal. De afschaffing van de term Die Mannschaft is daar de meest symbolische uiting van, maar op en langs het terrein laat die crisis zich uiteraard het hardst voelen. Gezien zijn enorme staat van dienst werd Joachim Löw nog (te) lang de hand boven het hoofd gehouden, tot er in 2021 dan toch een einde kwam aan zijn vijftienjarige bewind. Opvolger Hansi Flick kondigde zich aan als de voorbestemde kroonprins, maar ook hij liep in Qatar een ferme kater op.
Speurtocht naar nieuwe as
Net als in de nadagen van Löw stond ook het eerste anderhalf jaar onder Flick in het teken van vers bloed zoeken. Dat resulteerde in een karrenvracht aan debutanten. Om een idee te geven: sinds november 2020 mochten negentien jongens voor het eerst het Duitse shirt aantrekken. Uiteraard ging het voornamelijk om jeugdige krachten die het Duitse voetbal naar een nieuwe, rooskleurige toekomst moeten schieten. Voorlopig is daar, op enkele uitzonderingen na, te weinig kwaliteit uit naar voren gekomen.
En zo lijkt Duitsland nog steeds op zoek naar een vaste as van het elftal. Ten tijde van de generatie met Manuel Neuer, Philip Lahm, Bastian Schweinsteiger, Mesut Özil en Miroslav Klose was er een fenomenaal sterke kapstok aanwezig, waaraan de bondscoach slechte kleine details moest toevoegen. Die solide basis is anno 2023 verschwunden. Toen vorige vrijdag Peru voor de bijl ging (2-0), stonden er slechts twee pionnen in de basis met meer dan vijftig interlands op de teller: Timo Werner (56) en Joshua Kimmich (75). Ook bij de Rode Duivels is die generatiewissel volop aan de gang, maar met Thibaut Courtois, Jan Vertonghen, Kevin De Bruyne en Romelu Lukaku is er in elke linie wel nog een gepokt en gemazelde kracht aanwezig.
Frisse namen met frisse tactiek
Stappen de Rode Duivels dinsdagavond in Keulen dan als torenhoog favoriet in de arena? Ho maar. Het blijft vanzelfsprekend wel Duitsland, een land met een bodemloos vat aan talent. Alleen al de oplijsting van de clubs waarvoor de opgeroepen internationals in het dagelijkse leven uitkomen, is duizelingwekkend. Naast vier spelers van Bayern München zijn ook topclubs als FC Barcelona, Chelsea FC, Borussia Dortmund en AC Milan vertegenwoordigd. Jongens met zo'n cv kunnen op eender welk moment het verschil maken.
Kai Havertz en Jamal Musiala zijn twee van die klasbakken die elke tegenstander angst inboezemen. Enige probleem: dat duo is er niet bij tegen de Duivels. Sensatie Musiala, dé hoop in bange dagen, haakte voordien al af en zondag kwam daar ook Havertz nog bij. Die laatste ligt geveld door de griep. Zo komt er nog wat meer druk te liggen op de schouders van Florian Wirtz, het negentienjarige wonderkind van Bayer Leverkusen. Voor hem wordt het pas zijn zesde interland. Op een eerste doelpunt is het nog wachten.
Nee, dan zit de grootste troefkaart misschien wel op de bank. Bondscoach Flick toonde in twee jaar bij Bayern München dat hij uit het juiste trainershout gesneden is. Het WK zette die stelling in de verf. Hoewel de groepsfase dus meteen het eindstation bleek, overtuigde het flukse veldspel de neutrale liefhebber wél. Tegen schaduwfavoriet Spanje (1-1) moesten de Duitsers niet onderdoen. Ook bij Bayern stond Flick garant voor aantrekkelijk, aanvallend, ietwat naïef spel. Daar liggen meteen ook kansen voor de troepen van Tedesco, want eigenlijk is de Duitse achterhoede onvoldoende gewapend om aan de hoge eisen van haar trainer te beantwoorden. Het lijkt ons niet dat Lukaku maandagnacht nachtmerries zal beleven aan pakweg Matthias Ginter of David Raum, met alle respect.
Datzelfd geldt hoogstwaarschijnlijk voor de Belgische verdedigers, al valt Niclas Füllkrug niet te onderschatten. De bonkige Bomber van Werder Bremen is misschien wel hét schoolvoorbeeld van de huidige Duitse spreidstand. In principe beantwoordt hij niet aan de hoge standaarden van de nationale ploeg, maar Füllkrug legt de ballen wel bijzonder vlotjes binnen. Na vijf interlands staat de teller op ... vijf doelpunten. Ook tegen Peru nam hij beide treffers voor zijn rekening. Gezien de traditie van grootheden als Gerd Müller, Jürgen Klinsmann en Miroslav Klose moet Füllkrug erg nederig blijven, maar het Duitse volk heeft niettemin een nieuwe lichtbaken gevonden. De tijden zijn nu eenmaal veranderd ...