Huurlingenwoede in de Jupiler Pro League : topclubs lijnrecht tegenover elkaar

5 februari 2021 om 09:00
Laatste update: 5 februari 2021 om 09:00
13

De winterse mercato heeft haar poorten weer gesloten! Hoewel de coronacrisis er ook in voetballand stevig ingehakt heeft, gingen de achttien clubs uit de Jupiler Pro League ook de voorbije weken massaal op zoek naar vers bloed. Logisch gevolg uit die situatie: vooral spelers huren bleek een populaire handelswijze. VoetbalPrimeur.be werpt een licht over het huurlingenleger uit de JPL.

Met 84 zijn ze, het aantal voetballers dat op uitleenbasis bij een club in Eerste Klasse A aan de bak is. Op een totaal van 521 leden van een A-kern levert dat een verhouding van ruim zestien procent op. Plastischer uitgedrukt: één op de zeven spelers op het hoogste niveau speelt voor een club die niét zijn moederclub is. De oorspronkelijke filosofie van het uitlenen, namelijk jonge veulens elders stallen om hen ervaring op te laten doen, is overigens al lang achterhaald. Allemaal samen vertegenwoordigen zij een marktwaarde van 157,85 miljoen euro. Met andere woorden, kwaliteitsvolle aanwinsten worden anno 2021 niet langer uitsluitend aangekocht, maar evenzeer gewoon gehuurd.

Vooraleer we in detail kijken naar de verschillende clubs uit onze JPL, zoomen we eerst even uit. 84 huurlingen, is dat nu echt een torenhoog aantal? Laat ons een blik werpen op de net afgesloten transferperiode. Van de 59 officiële winternieuwkomers beschikken er momenteel liefst 31 over een huurcontract. Je hoeft geen wiskundige te zijn om uit te vogelen dat dat ruim de helft is … Een haast krankzinnig hoge verhouding, al stuwen de financieel troebele tijden die cijfers ongetwijfeld de hoogte in. Lenen met een (al dan niet verplichte) aankoopoptie schuift zware uitgaven in het beste geval toch al op de langere baan.

Voetballers huren en verhuren zit in de lift, laat dat duidelijk zijn. Diezelfde vaststelling komt naar boven in het buitenland, want ook buiten onze landsgrenzen werd het voorbije transferraam gekenmerkt door hoofdzakelijk tijdelijke overeenkomst. Niettemin liggen de absolute aantallen in gelijkwaardige competities vaak lager dan in de JPL. De Nederlandse Eredivisie telt ‘slechts’ 68 huurlingen, in Portugal klokte men af op 77 en de Turken hebben er 80 rondlopen, weliswaar verspreid over 21 clubs. Een fenomeen dat in België meer aanhangers vindt, zo blijkt!

Anderlecht is huurkoning, Gent en Genk doen niet mee
Binnen de Jupiler Pro League zitten uiteraard flinke verschillen in het huurgedrag. Een overzicht van de huur- én verhuuraantallen van de achttien clubs:

De afbeelding komt, net als de rest van de statistieken, van Transfermarkt.

Niet verrassend zwaait Royal Excel Moeskroen de scepter. Sinds de overname door Lille OSC is de laagvlieger tot een soort uitstalraam omgevormd van de Noord-Franse topclub. Van de negen actuele huurspelers verdienen er zes hun brood dankzij de grote broer. Verder gingen Les Hurlus aankloppen bij SC Braga (Bruno Xadas), Nottingham Forest (Nuno Da Costa) en Royal Antwerp FC (Robbe Quirynen). Op een kern van 33 kan dat toch aardig tellen. Ook bij Oud-Heverlee Leuven (7) en Cercle Brugge (6), eveneens in buitenlandse handen, lopen die cijfers behoorlijk op.

Maar hoe zit het met de topclubs? Zij leveren een erg uiteenlopend beeld af, dat moet gezegd. Bij Antwerp (8), Sporting Charleroi (7), RSC Anderlecht (6) en zelfs Club Brugge (5) blijkt huren geen taboe in de transferpolitiek, wel integendeel. Vanzelfsprekend gaat het liefst van al om jongens die een meerwaarde kunnen bieden. Het is dan ook geen toeval dat de marktwaarde van de huurlingen bij Anderlecht en Club bijvoorbeeld vlot de kaap van de twintig miljoen euro ronden. Jeugdig hoeven ze evenmin te zijn. Van de vijftien gezamenlijke huurlingen van Antwerp en Charleroi is er slechts eentje jonger dan 23 jaar: Jae-Ik Lee. Die speelde tot nu toe welgeteld nul minuten mee bij The Great Old.

Lijnrecht tegenover dat kwartet staan Standard Luik, KRC Genk en KAA Gent. In de huidige kern van de Rouches loopt amper één man rond die Sclessin niet echt zijn ‘thuis’ mag noemen: winteraanwinst João Klauss. De aanvaller behoort toe aan Hoffenheim. In Limburg en Oost-Vlaanderen doen ze nog straffer. Zowel Genk als Gent gelooft duidelijk niet in de meerwaarde van huurconstructies, want zij hebben er geen enkele in de boekhouding staan. Althans niet aan inkomende zijde …

Hoe zit het immers met de uitgaande cijfers? Daar profiteren Genk en Gent wel gretig mee van het systeem, met respectievelijk negen en zes afgezanten. Jaren geleden zette Chelsea FC de toon, door een karrenvracht aan eigen spelers (lees: kapitaal) ergens anders onder te brengen. Een economisch model dat sindsdien gretig gekopieerd is. Die aanpak blijkt nu het nieuwe Leitmotiv bij … Anderlecht! Naast de zes huurlingen aan inkomende kant liet het er niet minder dan zestien (!) andere oorden opzoeken. Of die bannelingen ooit nog op de grasmat van het Lotto Park schitteren, moet de toekomst uitwijzen.