VP’s Beste Elf van Club Brugge in tien jaar Verhaeghe: zes huidige jongens
Bart Verhaeghe mocht maandag tien kaarsjes uitblazen als voorzitter van Club Brugge. Sinds de ondernemer Blauw-Zwart in handen kreeg, met Vincent Mannaert als rechterhand voor de algemene werking, ging de inmiddels zestienvoudige landskampioen er gestaag op vooruit. Het voorbije decennium trokken heel wat geweldige voetballers het mythische shirt van Club aan. VoetbalPrimeur.be neemt de handschoen op en stelt het beste elftal onder het bewind van Verhaeghe samen.
Doelman
Aftrappen doen we met een positie die lange tijd voor twijfel en wrevel zorgde binnen de Brugse gelederen. Toegegeven: in het tijdperk-Verhaeghe hebben enkele bijzonder matige jongens de kooi van Club verdedigd. Eigenlijk speurde de sportieve cel jarenlang (tevergeefs) naar een opvolger voor Mathew Ryan. De Australiër had zich met zijn spectaculaire reddingen in de West-Vlaamse harten gekeept, al geraakte zijn carrière buiten onze landsgrenzen niet meteen van de grond. Inmiddels is hij wel een gerespecteerde kracht in de Premier League en heeft hij het zelfs tot bij Arsenal FC geschopt.
Na jaren kommer en kwel besloot Club haar doelmannenprobleem met de wortel uit te roeien. Medio 2019 schokte het de Belgische voetbalwereld door Simon Mignolet over het Kanaal weg te lokken. De minzame Rode Duivel moest Blauw-Zwart ein-de-lijk die broodnodige stabiliteit onder de lat bieden. Het is waarschijnlijk de strafste inkomende transfer die Verhaeghe en Mannaert tot nu toe wisten af te ronden. De kwaliteiten van Mignolet ontgroeien de Jupiler Pro League, zo simpel is het eigenlijk.
Verdediging
Heel wat talentvolle youngsters passeerden de revue in de achterhoede, maar gek genoeg slaagden zij er in het buitenland nooit helemaal in om hun adelbrieven te rechtvaardigen. Zo sukkelde Björn Engels van blessure in blessure en belemmerde zijn aangeboren nonchalance Ryan Donk om een grootse loopbaan uit te bouwen. Nee, dan verkiezen wij standvastige zekerheid in de vorm van de tandem Clinton Mata – Brandon Mechele. Je zou hen best antipolen kunnen noemen: een onwrikbare krachtpatser versus een bedachtzame strateeg. Samen vormen zij een uiterst complementair duo. Bovendien is Mechele de chouchou van het thuispubliek, aangezien hij lange tijd de enige West-Vlaming onder de vaste waarden was.
Aan de rechterzijde van de viermansachterhoede kan niemand om Thomas Meunier heen. Na zijn omscholing van aanvaller tot (aanvallende) verdediger bleek er plots geen plafond te zitten op zijn prestaties. Van Club Brugge rechtstreeks naar wereldmacht Paris Saint-Germain, il faut le faire. Naar een gepaste collega aan de overkant was het wat langer speuren. Uiteindelijk heeft de vaak verguisde Laurens De Bock de duimen moeten leggen voor Stefano Denswil. De Amsterdammer leek in eerste instantie aan dezelfde ziekte als stadsgenoot Donk te lijden, maar wist zijn aangeboren slordigheid net wat vaker uit te schakelen. Deze wintermercato streek hij overigens terug neer op het oude nest.
Middenveld
Ondanks de enorme concurrentie in deze strook viel de keuze al snel op een driehoek Timmy Simons – Ruud Vormer – Hans Vanaken. Toen die eerste in 2013 besloot om zich opnieuw aan Club Brugge te verbinden, kirde de aanhang van de pret. Met zijn tonnen ervaring en leiderschap zou de voormalige Gouden Schoen de club weer naar de hoogste regionen van ons voetbal loodsen. En zo geschiedde! Als voorgerechtje veroverden Simons en co in 2015 de Croky Cup, in de volgende drie jaar kwamen daar twee langverwachte titels bij. Op zijn 41e (!) hing de veteraan zijn schoenen definitief aan de wilgen, met acht Brugse trofeeën op de schouw.
Met Vormer en Vanaken krijgt Simons alvast twee metgezellen die uit hetzelfde stevige hout gesneden zijn. De Nederlander evenaart stilaan de legendestatus van zijn voorganger als aanvoerder. Dankzij zijn branie en onverzettelijkheid, zowel op als naast het terrein, zouden de mensen haast vergeten dat hij ook gewoon lekker kan ballen. Maatje Vanaken kan als tweevoudige Gouden Schoen uiteraard evenmin ontbreken. Als iemand symbool staat voor de recente opmars van Club Brugge, is het de lijzige Limburger wel. Dat technici als Lior Refaelov en Victor Vazquez door hem de bank moeten warmen in ons fictieve elftal, zegt alles.
Aanval
Afgelopen maand verkocht Club hem nog voor een slordige twintig miljoen euro aan AS Monaco: Krépin Diatta. De flankspeler beschikt over alle troeven om ook de Ligue 1 onveilig te maken. Dankzij zijn snelheid, loopvermogen, dribbelkunsten én scorend vermogen was hij de technische staf van Club al snel opgevallen. Geleidelijk aan stak de veelzijdige Diatta zijn wisselvallige concurrent, Emmanuel Dennis, voorbij. Om dezelfde reden vormt Maxime Lestienne geen bedreiging voor zijn plekje. Op de linkerkant bestaat er geen discussie over José Izquierdo. Wat de explosieve aanvaller in dat ene boerenjaar liet bewonderen, was zelden vertoond op de Belgische velden. Doodjammer dat blessureleed sindsdien roet in het eten gestrooid heeft.
Elk klasse-elftal heeft ontegensprekelijk nood aan een complete diepe spits. Ondanks de perikelen van de voorbije jaren slaagde Verhaeghe er tijdens zijn ambtstermijn wel degelijk in enkele geschikte profielen naar Brugge te halen. De immer lachende Joseph Akpala pikte steevast zijn goaltjes mee, krachtcentrale Wesley Moraes leverde Club een tranferrecord op en topaankoop Bas Dost vatte zijn blauw-zwarte hoofdstuk vlijmscherp aan. Toch bijten zij in het zand, want Carlos Bacca wordt het speerpunt van ons team. De Colombiaan was eigenlijk een nummer negen van de oude stempel, die voornamelijk teerde op zijn looplijnen, diepgang en doelpuntenneus. Jan Breydel kreeg niet lang de kans om zich te vergapen aan die kwaliteiten, maar zijn beste acties staan voor eeuwig in de Brugse geheugens gegrift.
Bankzitters: Mathew Ryan, Ryan Donk, Vadis Odjidja, Lior Refaelov, Victor Vazquez, Wesley Moraes, Maxime Lestienne