Lommel 2.0: Waarden, normen en filosofie van Manchester City, zonder de resultaten

12 mei 2020 om 17:28
Laatste update: 12 mei 2020 om 17:28

Lommel SK gaat voortaan door het leven als ‘The Noisy Neighbour’ van het Belgische voetbal. Deze maandag rondde de club uit Eerste Klasse B de overname door Manchester City definitief af. Een straffe zet, maar geen unieke, zo blijkt. Eigenaar City Football Group heeft wereldwijd namelijk nog zeven andere clubs onder haar vleugels. Wat kan Lommel van die voorgangers leren? VoetbalPrimeur.be zocht het uit.

Sometimes you have a noisy neighbour.’ Met die ietwat laatdunkende woorden verwees United-icoon Sir Alex Ferguson in 2009 naar de buren van Manchester City. Ruim tien jaar later heeft de realiteit die sneer achterhaald. Terwijl Man U is afgegleden naar een marginale bijrol aan de Engelse top, heeft Man C er een periode van dominantie opzitten. Vier titels, twee FA Cups, vijf keer de League Cup … In amper een decennium tijd oogt de balans fenomenaal. City behoeft dan ook geen enkele introductie meer bij de hedendaagse voetbalfanaat.

Zonder de ontelbare oliedollars van sjeik Mansour bin Zayed Al Nahyan waren die successen uiteraard onmogelijk uit te bouwen. Resultaat is, tot op zekere hoogte, te koop. Achter die indrukwekkende uitbreiding van de prijzenkast schuilt echter een diepgaand en uitgekiend business model. De visie van CEO Ferran Soriano, door de sjeik gretig weggeplukt bij FC Barcelona, is gestoeld op ‘glocalisation’. Globale, lokale verankering, zeg maar. Nu de voetbalmarkt in Europa al jaren verzadigd is, komt het erop aan zoveel mogelijk zieltjes in andere contreien te winnen.

En hoe kan je beter in die missie slagen dan de City-cultuur naar die regio’s te brengen? Hier duikt één van de steunpilaren van het beleid van de City Football Group (CFG) op: een lokale voetbalclub opkopen om het eigen project te implementeren. De grote droom van de Engelse grootmacht is om op elk continent minstens twee zusterclubs onder haar hoede te hebben. Lommel mag zich vanaf nu het uithangbord voor Noord-Europa noemen. Enkel in Afrika is CFG nog geen geschikte kandidaat op het spoor gekomen.

Drie peilers
Laat het duidelijk zijn: de aanpak van CFG dient voornamelijk een commercieel doel; het sportieve luik is slechts bijzaak. De eigenaarsgroep heeft hoegenaamd geen ambitie om elftallen samen te stellen die het Amerikaanse of Aziatische voetbal zullen domineren, zoals dat bij Man City wél het geval is. Grosso modo staan drie concrete hoofddoelstellingen voorop, zo valt af te leiden uit de website van CFG:

1) De zusterclubs volgen de spelfilosofie van City. Dat wil zeggen aanvallend, aantrekkelijk en technisch verzorgd voetbal dat mensen in vervoering brengt. Om die ambitie waar te kunnen maken, is het niet onbegrijpelijk dat City zelf mannetjes posteert bij de clubs in kwestie.

2) De jeugdopleiding staat centraal. De ontwikkeling van jonge spelertjes is voor CFG een cruciale voorwaarde in het overnameproces. Niet toevallig wordt Lommel op de website geroemd vanwege haar goede jeugdwerking (overigens stond het nieuws over de overname van Lommel haast meteen online bij de Engelse eigenaars). Ook deze stap gaat vaak gepaard met de aanstelling van jeugdtrainers of –directeurs die de kneepjes van het vak leerden bij moederclub City.

3) De lokale verankering is voor CFG ook erg belangrijk. Daarom probeert de groep ervoor te zorgen dat de normen en waarden uit Manchester zoveel mogelijk nagestreefd worden bij de zusterverenigingen. Enkel een diepgewortelde inbedding in de lokale community zal het merk Manchester City op de kaart helpen zetten. Hoe de Engelsen die verankering concreet willen bereiken, zal verderop duidelijk worden.

De zusterclubs
Lommel mag zich dus de gloednieuwe partner van The Cityzens noemen, al gingen zeven clubs de Noord-Limburgers voor. Opvallend: op haar website maakt CFG een onderscheid tussen ‘our teams’ en ‘other club investements’. Tot die eerste categorie behoren, naast Man City zelf uiteraard, enkel New York City Football Club en Melbourne City. De overige clubs, waaronder Lommel dus, worden beschouwd als ‘investeringen’, hoewel CFG bij de meesten evenzeer hoofdaandeelhouder is. Toch behoudt het lokale bestuur daar nog enige macht. Dat zou bijgevolg ook het geval moeten zijn in het Soevereinstadion.

‘Our teams’
De twee belangrijkste uithangborden van Manchester City bevinden zich in absolute grootsteden van Noord-Amerika en Australië. Om een maximaal aantal supporters tot het kenmerkende babyblauw te bekeren, zette CFG er evenzeer in op een jeugdacademie en een vrouwenelftal. Lokale verankering garanderen, weet u wel. Daar zijn overigens wel meer handige trucjes voor, zoals je naam of je logo erg op die van de grote broer te laten gelijken.

New York City FC (2013)
De expansiedrang vanuit Manchester start medio 2013, wanneer CFG besluit om een gloednieuwe voetbalclub uit de grond te stampen in hartje New York. Onderhandelingen met de MLS draaien vruchtvol uit: in 2015 treedt NYCFC als twintigste team toe tot het Amerikaanse hoogste niveau. Vanaf dan zal het onder meer derby’s uitvechten met die andere ploeg uit The Big Apple: New York Red Bulls. De aanwerving van sportief directeur Claudio Reyna, ex-speler van Man City, past perfect binnen het toekomstmodel . Dankzij de contacten met de grote broer uit Manchester weet New York City FC ook Frank Lampard te overtuigen om jeugdliefde Chelsea FC te verlaten.

Melbourne City (2014)
Nauwelijks een jaar nadat het project van de grond kwam, richt CFG zich al op een tweede club, ditmaal aan de andere kant van de wereldbol. De succesvolle strategie blijft nagenoeg ongewijzigd, met dat verschil dat het in Melbourne wel degelijk investeert in een club die al bestaat. Melbourne Heart FC ontvangt het aanbod vanuit Manchester met open armen. Zelfs een naamsverandering vormt geen belemmering voor de Australiërs. Het trainingscomplex, de jeugdacademie, het vrouwenelftal … Alles krijgt een City-stempel. Vooral de Melbourne City Women legde die overname geen windeieren: liefst vier keer in vijf jaar schopten zij het tot kampioen van de W-League.

Welke sportieve successen mochten die clubs bij de mannen vieren, horen we u denken? Wel, veel champagne hoefde CFG niet te laten aanrukken. In 2016 bouwde Melbourne City een feestje na de overwinning in de FFA Cup, de Australische beker. In New York bleven de toeters en bellen echter proper opgeborgen. Ondanks de inbreng van enkele grootheden als Patrick Vieira (trainer van 2016 tot 2018) of David Villa (aanvoerder tussen 2015 en 2018) veroverde NYCFC nog geen eremetaal, hoewel het drie keer op rij tot in de halve finale van de Conference kon doorstoten.

Andere investeringen
Naast de copycats uit New York en Melbourne pompte de eigenaarsgroep rond Man City nog heel wat geld in kleinere, vaak exotische voetbalclubs. De werkwijze durft al wel eens af te wijken, maar ook hier staan de drie peilers van de glocalisation voorop. Sportieve successen vormen geen uitgangspunt. Overigens heeft CFG nog andere vormen van samenwerkingsverbanden afgesloten. Zo zette het enkele academies op poten in Afrika en leent het regelmatig jonge beloften uit aan NAC Breda.

Yokohama F. Marinos (2014)
In hetzelfde jaar als Melbourne zwichten ook de Japanners voor het City-merk. Nochtans mag Yokohama Marinos zich een traditieclub noemen. Ze bestaat sinds 1972 en stond begin jaren ’90 mee aan de wieg van de Japanse J-League. CFG is slechts minderheidsaandeelhouder in de bedrijfsstructuur. Naast haar financiële inbreng voorziet de groep ook trainingsschema’s, medische begeleiding, wetenschappelijk advies  … De deal moet vooral vanuit sponsorbelangen geïnterpreteerd worden. Nissan Motors, al jaren de drijvende kracht achter Yokohama Marinos, is een vaste partner van Man City.

Montevideo City Torque (2017)
Vierde club, vierde werelddeel. Na Noord-Amerika valt ook Zuid-Amerika voor de charmes van één van de rijzende grootmachten uit het Europese voetbal. Het Uruguayaanse Torque verbindt zich in 2017 aan CFG, wat pas aan het begin van het huidige jaar een naamsverandering oplevert. Mogelijk een geschenkje van de hoofdstedelingen, want meteen na de overname promoveerde het voor het eerst in haar geschiedenis naar de hoogste afdeling in Uruguay. City ziet in Torque vooral een ideale uitvalsbasis om haar scoutingsnetwerk in Zuid-Amerika verder te verfijnen.

Girona FC (2017)
Ook clubs uit traditionele voetballanden kunnen baat hebben bij een samenwerking met City. Drie jaar terug draaiden onderhandelingen met Girona uit op een dubbel eigenaarschap: beide partijen kregen ruim 44 procent van de aandelen in handen. Enkele maanden eerder hadden de Catalanen (geen toeval, uiteraard) zich verzekerd van een plekje in La Liga. Daar vertoeft Girona nu nog steeds. Belangrijkste troefkaart van de club is haar uitstekende jeugdwerking. Dat hoef je City natuurlijk niet te vertellen.

Sichuan Jiunju (2019)
Vanzelfsprekend kan ook een club uit China, dé groeiende markt binnen de voetbalwereld, niet ontbreken op het visitekaartje. De eer valt te beurt aan Sichuan Jiunju. Met een stadioncapaciteit van 27.000 toeschouwers biedt het een uitgelezen kans om het merk Manchester City wat meer in de etalage te plaatsen in het Verre Oosten. Aan het importeren van versleten vedetten uit het Europese voetbal doet Sichuan overigens niet mee: de gehele spelersgroep bestaat enkel en alleen uit Chinezen.

Mumbai City FC (2019)
Er zijn bijna anderhalf miljard Chinezen, maar de Indiërs zitten hen op de hielen. Als je nu ook nog een club in India zou bezitten, bereik je dus zowat de helft van de wereldbevolking, moet CFG gedacht hebben. Daarom investeerde de groep afgelopen najaar in Mumbai City, waar het meteen hoofdaandeelhouder is geworden. Zelf omschrijft CFG die deal als ‘a major move’ in de geschiedenis van het Indische voetbal.

Hoewel het voor City van ondergeschikt belang is, werpen we opnieuw een blik op de sportieve successen van deze bonte verzameling aan voetbalploegen. Naast de promotie in Montevideo viel enkel in Japan te juichen. Eind 2019 kroonde Yokohama F. Marinos zich tot landskampioen in het land van de Rijzende Zon. Op het hoofdkwartier in Manchester leverde dat ongetwijfeld een glimlach op, maar in hoeverre dat succes op het conto van City geschreven mag worden, is nog maar de vraag. Yokohama F. Marinos is namelijk altijd één van de topclubs in de relatief jonge J-League geweest. Zo werd het voordien al drie keer kampioen en even vaak runner-up. Bij de andere zusterclubs van Man City blijft de trofeeënkast (voorlopig?) maagdelijk schoon.

De toekomstplannen voor Lommel
Lokale verankering, met de focus op de doorstroming van aanvallend ingestelde youngsters, dat lijkt het devies van CFG te zijn. Harde resultaten zijn daaraan ondergeschikt. Wie dacht, hoopte of vreesde dat Lommel binnen de kortste keren de top van de Jupiler Pro League zou bestormen, komt dus (hoogstwaarschijnlijk) van een koude kermis thuis. De broodnodige twee miljoen euro die de multinational in Limburg investeerde, is vanuit Engels perspectief slechts een habbekrats.

In ruil krijgt Manchester City voet aan grond bij een club die gekend staat om haar goede jeugdwerking, in een land waar de voorbije jaren talenten als paddenstoelen uit de grond rezen. Geruggesteund door de know-how van over het Kanaal zal die reputatie de komende jaren enkel toenemen. Daar plukt City uiteindelijk zelf ook de vruchten van. In tussentijd is de Lommelse fan verzekerd van een team dat aanvallend voetbal predikt, met veel jongens van eigen bodem, zonder daarbij op te klimmen uit de schaduw van de klassieke Belgische top. We kunnen niet allemaal Club Brugge of RSC Anderlecht zijn, toch?