Vijf lessen die Belgische topclubs en spelers kunnen trekken uit Ajax-stunt

1. Vraag door bij transfers
Laten we meteen duidelijk zijn, Ajax en de Belgische topclubs gelijkstellen aan elkaar lukt niet. De Amsterdammers werken met een veel groter budget dan RSC Anderlecht, Club Brugge, Standard, KRC Genk en KAA Gent. De voorbije jaren vloeiden de miljoenen binnen. Dat heeft te maken met onder meer sponsor- en tv geld. Maar zeker ook door de inkomsten na transfers.

Voor gasten als Arek Milik (Napoli/32 miljoen euro), Davy Klaassen (Everton, 27 miljoen euro), Jasper Cilissen (Barcelona/13 miljoen euro) en Riechedly Bazoer (VfL Wolsburg, 12 miljoen euro) ontving Ajax telkens de hoofdprijs. En dat zwijgen we nog over de zeventig miljoen euro die Barcelona op de rekening stortte om Frenkie de Jong van Ajax over te nemen. Ajax passeert straks ook nog eens langs de kassa wanneer het Matthijs de Ligt laat gaat. Dinsdagavond werd de negentienjarige centrale verdediger weer tien miljoen euro duurder.

Ajax durft doorvragen. Krijgen de Amsterdammers niet de jackpot dan wachten ze rustig tot de volgende trein voorbij komt. In het verleden verlieten parels Belgische clubs in verhouding voor te weinig geld. Youri Tielemans en Alejandro Pozuelo vertrokken onder hun prijs door hun afkoopsom. Maak deze al hoger en je staat als club een pak sterker.

2. Investeer in kwaliteit/ervaring
Leer uit fouten. De voorbije vier jaren greep Ajax langs de landstitel. Vorig seizoen haalde het zelfs niet de poulefase van de Europa League. Nadat Ajax eerder in de voorrondes van de Champions League werd uitgeschakeld. Alles bij Ajax is dus ook niet altijd perfect. De Amsterdammers leerden wel uit hun fouten.

Tot begin van dit seizoen was er in Amsterdam een salarisplafond. Op korte tijd mochten daar drie spelers doorbreken, Hakim Ziyech, Daley Blind en Dušan Tadić. Die eerste bleef in Amsterdam, want niet alle partijen raakten het eens over een transfer. Blind (18 miljoen euro) en Tadic (15 miljoen euro) kwamen dan weer voor het grote geld terug naar Nederland. Ajax zag dat het kwaliteit/ervaring nodig had om de jonkies te sturen en investeerden fors.

Voor de rest haalde Ajax – op uitzondering van Zakaria Labyad (FC Utrecht) – enkel jong talent met het oog op de toekomst binnen. Denken we aan Hassane Bandé (KV Mechelen). Vijf – zes spelers om de kern in de breedte op te vullen? Nee, daar deed Ajax niet aan. In België zien we dat fenomeen bij onze topclubs wel jaarlijks terugkeren.

3. (Eigen) jeugd
Wie Ajax zegt, zegt De Toekomst. Al decennia lang brengt het opleidingscentrum van Ajax (wonder)talenten voor. Dinsdag stonden liefst vijf jongens op het veld tot 21 jaar. Donny van de Beek en De Ligt zijn de perfecte voorbeelden uit de eigen jeugdopleiding. Gasten als David Neres en De Jong werden dan weer op jonge leeftijd ontdekt en in Amsterdam gevormd voor het grote werk.

Het voordeel van die jongen gasten is dat ze je amper iets kosten, maar je ze kunt doorverkopen met een enorme winst. De voorbije jaren bewezen Anderlecht en KRC Genk dat het ook kan in België. Toch is het ook bij die clubs nog altijd niet structureel. Het nieuwe bestuur van Anderlecht maakt er wel een doel van. Ook bij Club Brugge en KAA Gent zijn er ondertussen signalen dat ze begrepen hebben dat de jeugd de toekomst heeft. Nu zien we dat graag terug in de realiteit. 

4. Durf te voetballen
Ja, Nederlanders hebben over het algemeen meer branie dan Belgen. Maar waarom mogen we de lat in ons lat niet hoger leggen? Wanneer Belgische clubs Europa ingaan worden vaak te tactische plannen uit de eigen competitie over boord gegooid en teruggegrepen naar een meer verdedigende stijl. Ook daarmee loopt het vaak mis. Durf ook te voetballen in Europa. Ga uit van je kracht.

5. Investeer in jezelf
Dit is er niet eentje voor de clubs, maar voor de spelers. Denk als jong Belgisch talent niet te snel aan een transfer naar het buitenland. Durf in eigen land te investeren in je toekomst. Jongens als Anwar el Ghazi en Bazoer dachten al dat ze er waren en trokken nog voor ze konden lopen naar het buitenland. Daar slaagden ze niet. Terwijl iemand als De Ligt op amper negentien jaar al aan honderd wedstrijden in de Eredivisie zit. De Ligt zette zijn eerste stapjes bij Ajax. Hij blonk uit. Ging keihard op zijn bek. Kwam weer overeind. Viel opnieuw, maar staat er ondertussen wel – ook in Europa bij Real Madrid.