Engeland verslikt zich en laat het opnieuw afweten op groot eindtoernooi
Opnieuw is Engeland er niet in geslaagd om indruk te maken op een groot eindtoernooi. De ploeg van bondscoach Roy Hodgson liet zich in de achtste finales lelijk verrassen tegen IJsland (1-2).
Engeland begon tegen IJsland weer in de sterkst mogelijke opstelling en zag onder meer Wayne Rooney en Harry Kane terugkeren in de basis. The Three Lions begonnen uitstekend aan het duel in Nice. Al na vier minuten kreeg Raheem Sterling een strafschop, nadat er contact was met de IJslandse doelman Hannes Halldórsson. Rooney benutte het buitenkansje feilloos: 1-0.
IJsland liet zich echter niet ontmoedigen door die valse start. Sterker nog, twee minuten na de treffer van Rooney stond het alweer gelijk. Na doorkoppen van Kari Arnason kon Ragnar Sigurdsson van dichtbij binnentikken: 1-1. Het werd allemaal nog mooier voor IJsland, toen Kolbeinn Sigthórsson dankzij een grabbelende Joe Hart voor 1-2 zorgde.
Weer uitgeschakeld
Na rust probeerde Engeland op jacht te gaan naar de gelijkmaker, maar ook met de ingevallen Jamie Vardy werd de ploeg van Hodgson nauwelijks gevaarlijk. IJsland verdedigde sterk en was vanuit de counter zelfs regelmatig gevaarlijk. Gyfli Sigurdsson (omhaal) en Aron Gurnasson waren dichtbij 1-3, maar Hart redde ditmaal wel goed.
Wat Engeland ook probeerde, IJsland hield stand en plaatst zich knap voor de kwartfinales van het EK. Daarin wacht gastland Frankrijk. Voor Engeland eindigt een groot eindtoernooi zoals zo vaak in mineur. De verwachtingen waren ook ditmaal hooggespannen, maar opnieuw kan het land het niet waarmaken.