Oppermachtig Bayern München geeft zege tegen Juventus uit handen
Bayern München heeft in de Champions League zichzelf een slechte dienst bewezen. De Duitsers waren op bezoek bij Juventus met name voor rust oppermachtig, maar gaven een comfortabele voorsprong uit handen (2-2).
Bij Bayern zat Franck Ribéry voor het eerst sinds lang weer in de selectie. Voor rust was er niets aan de hand voor de Duitsers, die de lakens uitdeelden en constant op de helft van Juventus kampeerden. Thomas Müller had zijn ploeg al vroeg op voorsprong moeten zetten, maar van dichtbij vergat de middenvelder de bal over de doellijn te duwen.
Gianluigi Buffon hield Juventus daarna lang op de been, maar werd kort voor rust toch verslagen. Na een vloeiende aanval tekende Müller alsnog voor de verdiende openingstreffer. Toen de tweede helft tien minuten oud was, leek Robben het duel te beslissen. Met een karakteristieke actie kwam de Nederlander vanaf rechts naar binnen en haalde hij heerlijk uit: 0-2.
Juventus toonde plotseling echter veerkracht en werd kort na de goal van Robben in het zadel geholpen door Joshua Kimmich. Door een fout van de Bayern-speler kwam Paulo Dybala uiteindelijk vrij voor Manuel Neuer te staan, die lange tijd niets te doen had. De Juventus-spits maakte geen fout en bracht de spanning terug. Invaller Stefano Sturaro maakte de comeback compleet door een kwartier voor tijd de gelijkmaker binnen te schieten.
Bayern moet daardoor nog volop aan de bak in de eigen Allianz Arena, maar keert desondanks met twee belangrijke uitdoelpunten terug richting München.