Rood-zwart Milaan loopt warm voor De Ketelaere, de langgezochte creatieve vonk

4 augustus 2022 om 22:45
Laatste update: 4 augustus 2022 om 22:45

Na wekenlang onderhandelen heeft Charles De Ketelaere zijn zin gekregen: vanaf nu verdedigt hij de roemruchte kleuren van AC Milan. Hoe hard het Brugse goudhaantje ook droomde van een overgang naar de modestad, minstens even hartstochtelijk snakte de Italiaanse landskampioen naar zijn komst. In San Siro moet CDK de creatieve genster ontsteken die al te vaak ontbrak. VoetbalPrimeur.be schetst bij welke club de Rode Duivel terechtkomt. 

De historische klasse en grandeur van AC Milan, die hoeft uiteraard geen enkel betoog meer. Sinds mensheugenis behoren I Rossoneri tot het absolute kruin van het Europese topvoetbal. Hun uitpuilende prijzenkast is daar het meest tastbare bewijs van. Met zeven triomftochten in Europacup I en haar opvolger, de Champions League, moet AC enkel Real Madrid voorlaten in de erelijst van meest succesvolle clubs op het Europese toneel. Alleen al op het vlak van traditie komt De Ketelaere dus bij het allerhoogste echelon terecht.

Vanzelfsprekend straalt het die status ook binnen de laars zelf uit, al heeft Milan het doorheen de geschiedenis - gek genoeg - vaak lastiger gehad om in eigen land te scoren dan internationaal. Met negentien Scudetto's op de schouw heeft de poetsvrouw/-man wel degelijk het nodige afstofwerk, maar dan heeft diens collega bij Juventus toch meer te klagen. Achter La Vecchia Signora staan namelijk liefst 36 streepjes, bijna het dubbele van Milan dus. Dat ook stadsgenoot Internazionale, toch steeds iet of wat in de schaduw van de rood-zwarte broer, inmiddels aan negentien stuks zit, doet de trouwe fan misschien nog het meest pijn.

Een blik op de huidige eeuw leert dat die Italiaanse successen steeds zeldzamer zijn geworden. Sinds 2000 stond de balans op twee titels en één Coppa Italia, een opbrengst die verbleekt bij de optelsom van weleer. 'Stond', want afgelopen seizoen voegde Milan zoals bekend een derde Scudetto aan haar 21e-eeuwse verzameling toe. Geen wonder dat de stad in rep en roer stond. De rood-zwarte tifosi schreeuwden hun vreugde luider uit dan ooit tevoren, temeer omdat de stadsrivaal zich het jaar voordien eveneens voor het eerst in lange tijd weer de oppermeester mocht noemen. Het epicentrum van de Serie A lijkt opnieuw (even) verschoven van Turijn naar Milaan. Stiekem bedanken zowel rossoneri als nerazzurri elkaar daarvoor.

Kritisch temidden het feestgedruis
En toch ... Ondanks de historische wederopstanding van Milan durfden sportief directeur Paolo Maldini en trainer Stefano Pioli niet op hun lauweren te gaan rusten in het tussenseizoen. Integendeel, de technische cel besefte dat er heel wat werk op de plank ligt op San Siro. Als de club ook op Europees vlak haar bevoorrechte positie van weleer wil veroveren (van oudsher het hoofddoel), dan moesten de hiaten uit de spelerskern weggepoetst worden. En hiaten, die waren er ondanks de titelmars wel degelijk.

Het grootste pijnpunt kwam al snel open en bloot te liggen: een schromelijk gebrek aan creativiteit. Enkele statistieken onderbouwen die vaststelling. Zo liet Milan in haar race richting de Scudetto 69 treffers optekenen, waarmee het slechts op de vierde stek eindigde in dat nevenklassement. Juventus en Lazio scoorden beduidend vaker, eerste achtervolger Inter zat zelfs aan 84 stuks! Hoewel het zilverwerk rood en zwart kleurde, lag de spektakelwaarde bij de andere clubs dus een stuk hoger. Een ander cijfer om die aanvallende onmacht te staven: sinds januari 2022 kwam Milan in negen van haar Serie-A-matchen niet verder dan één gemaakt doelpunt.

De titeltriomf werd met andere woorden grotendeels gestoeld op de defensieve stabiliteit binnen het elftal van Piolo, waarbij sluitstuk Mike Maignan het bepalende slot op de deur vormde. Zijn transfer bleek een absolute meevaller. Nochtans beschikt de Italiaanse trainer zeker over voldoende scorend vermogen in zijn kern. Olivier Giroud en Zlatan Ibrahimovic mogen dan wel op gevorderde leeftijd zitten, hun neus voor doel is alom gerespecteerd. Ook ontdekking Rafael Leao ontpopte zich in de slotmaanden tot een gerichte schutter met elf rozen. Het ontbrak binnen de kern echter aan iemand om hen in stelling te brengen ...

De vonk
Creativiteit, dat rolde al snel naar buiten als het ultieme codewoord voor Maldini en co tijdens deze zomermercato. Jongens als Alexis Saelemaekers, Ante Rebic en de eerder genoemde Leao doen week in week uit hun stinkende best, maar teren voornamelijk op snelheid, loopvermogen en techniek, en niet zozeer op een uitmuntende vista. De 23-jarige Brahim Diaz moest die rol eigenlijk vervullen, maar kon onvoldoende overtuigen. Ziedaar de transferprioriteit van Milan voor de lopende zomer.

Na twee jaar intensief scouten topte de naam van De Ketelaere het lijstje. Een lastige bevalling, zo bleek de laatste weken uitvoerig. Dat is geen toeval: aangezien Milan met een soort budgetplafond werkt, wordt elke euro verschillende keren omgedraaid op San Siro. Uiteindelijk geraakten alle partijen er toch uit en bleef iedereen met een tevreden gevoel achter. Eigenlijk zou elke onderhandeling zo moeten verlopen, kan je concluderen.

Eind goed, al goed voor CDK én Milan. De genialiteit van de Brugse linkspoot moet het laatste puzzelstukje vormen voor Pioli om ook in Europa weer potten te breken. Niet toevallig trokken de uitstekende prestaties van De Ketelaere in de voorbije Champions-League-campagnes het bestuur van Milan volledig over de streep. De autoriteiten van La Gazzetta dello Sport waagden zich enkele dagen geleden al aan een voorspelling van het basiselftal van Pioli. Daarin zou De Ketelaere een centrale rol gaan vervullen als nummer tien. Aan zijn rechterzijde vindt hij Saelemaekers terug, links Leao, voor hem Giroud. Die andere zomeraanwinst en Rode Duivel, Divock Origi, moet (in eerste instantie) vrede nemen met een stekje op de bank.

Best opvallend, die positie van De Ketelaere, aangezien hij die in dienst van Club Brugge niet al te vaak vervulde. Eigenlijk speelde het manusje-van-alles er zowat overal, maar met Hans Vanaken als metronoom, acteerde het raspaardje vaak diep in de punt of een beetje hangend vanop de zijkant. Blijkbaar bestaat het Milanese plan erin om hem de sleutels van het elftal te overhandigen. Bij zijn aankomst werd de vergelijking met Kaka dan ook al veelvuldig gemaakt, en echt niet alleen omwille van zijn minzame persoonlijkheid. Als De Ketelaere de tifosi geregeld flitsen van de Braziliaan voor de geest doet halen, ligt een heldenstatus in het verschiet.